What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
L12 Gevoelswaarde van woorden
1 / 40
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Secundair onderwijs
This lesson contains
40 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Hoe zou je de leeftijd van deze mensen omschrijven?
p. 121 (1)
Slide 2 - Slide
Bekijk het fragment uit
Het Journaal.
Beantwoord per 2 de vragen op p. 121 en 122 (a, b, c, d).
Slide 3 - Slide
Waarom heeft 'bejaarde' volgens Ruud Hendrickx een negatieve bijklank?
Slide 4 - Open question
Welke woorden klinken negatief, neutraal of positief?
Maak oefening 3 individueel.
Slide 5 - Slide
negatief
neutraal
positief
bejaarde
gepensioneerde
oudere
jagger
vitalo
Slide 6 - Drag question
Slide 7 - Slide
denotatie
connotatie
objectieve betekenis
gevoelswaarde van een woord
Slide 8 - Drag question
Kies een afbeelding (p. 123).
Beschrijf de situatie 3 keer: neutraal, positief, negatief.
Slide 9 - Slide
synoniemen
antoniemen
woorden met een tegengestelde betekenis, bvb. groot - klein
verschillende woorden met dezelfde betekenis, bvb. kwaad - boos
Slide 10 - Drag question
p. 124 - 125
Vul oefening 1 aan.
Maak oefening 2 en 3 individueel.
timer
5:00
Slide 11 - Slide
p. 124 - 125
Vul aan met je buur.
timer
2:00
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
p. 125 - oefening 4
a Onderstreep alle synoniemen.
b Waarom kan de zender voor een synoniem kiezen?
timer
3:00
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Waarom kan de zender voor een synoniem kiezen?
Slide 17 - Open question
Slide 18 - Slide
Waarom kan de zender voor een synoniem kiezen?
Slide 19 - Open question
Slide 20 - Slide
Waarom kan de zender voor een synoniem kiezen?
Slide 21 - Open question
Slide 22 - Slide
Waarom kan de zender voor een synoniem kiezen?
Slide 23 - Open question
Diddit
Hier kan je oefenen op synoniemen en antoniemen!
Slide 24 - Slide
p. 126 - oefening 1
Lees de tekst
JARGON
Eufemismen
aandachtig.
timer
1:00
Slide 25 - Slide
1a Hoe definieer je het begrip 'eufemisme' op basis van het artikel?
Slide 26 - Open question
p. 127 - oefening 2
Lees de tekst.
timer
1:00
Slide 27 - Slide
2a Hoe definieer je het begrip 'dysfemisme' op basis van het artikel?
Slide 28 - Open question
p. 127 - oefening 3
Koppel het juiste dysfemisme en eufemisme aan de woorden.
timer
2:00
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
p. 127 - oefening 4 en 5
Bespreek met je buur: zoek de neutrale woorden voor de eufemismen en dysfemismen.
timer
2:00
Slide 31 - Slide
extra reistijd
Slide 32 - Mind map
ongewenst bezoek
Slide 33 - Mind map
Blijf er met je poten af!
Slide 34 - Mind map
zielenknijper
Slide 35 - Mind map
Slide 36 - Slide
Diddit
Maak de zelftest.
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Video
EXIT-TICKET
Wat maakt de woorden 'expat' en 'migrant' verschillend? Gebruik de terminologie uit les 12.
Slide 39 - Open question
EXIT-TICKET
We zijn vaak niet bewust van ons taalgebruik. Wat is daar het gevaar van?
Slide 40 - Open question
More lessons like this
L12 Gevoelswaarde van woorden
November 2023
- Lesson with
44 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
L5 Gevoelswaarde van woorden
November 2023
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Les 7 Taallab (schooltaalwoorden)
October 2024
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
H1 gezondheid algemeen
July 2023
- Lesson with
30 slides
sociale wetenschappen
Secundair onderwijs
Uitdrukkingen en synoniemen
April 2018
- Lesson with
24 slides
Other languages
T4 L15 Debat
November 2023
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
De Nederlanden les 1
April 2024
- Lesson with
47 slides
Geschiedenis
Secundair onderwijs
Het communicatiemodel
May 2022
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Secundair onderwijs