Opfrissen praesens en imperfectum

Werkwoorden in de indicatief
Herhaling van het praesens en het imperfectum
1 / 22
next
Slide 1: Slide
LatijnSecundair onderwijs

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Werkwoorden in de indicatief
Herhaling van het praesens en het imperfectum

Slide 1 - Slide

Uit hoeveel groepen van vervoegingen bestaan de Latijnse regelmatige werkwoorden ?
A
vijf
B
vier
C
drie
D
zes

Slide 2 - Quiz

Welk werkwoord is een voorbeeld van de a-vervoeging?
A
habere
B
vincere
C
vocare
D
venire

Slide 3 - Quiz

Tot welke vervoeging hoort het werkwoord venire?
A
De korte i-vervoeging
B
De lange i-vervoeging
C
Mij fop je niet, het is geen van beide!

Slide 4 - Quiz

Welk werkwoord is een voorbeeld van de e-vervoeging?
A
habere
B
vincere
C
vocare
D
venire

Slide 5 - Quiz

Welk werkwoord is een voorbeeld van de medeklinkervervoeging?
A
habere
B
vincere
C
vocare
D
venire

Slide 6 - Quiz

Tot welke vervoeging hoort het werkwoord capere?
A
De korte i-vervoeging
B
De lange i-vervoeging
C
De e-vervoeging

Slide 7 - Quiz

Wat weet je nog over de 3 bouwstenen van het werkwoord?

Slide 8 - Open question

Hoe splits je condimus?
A
cond-i-mus
B
condi-mus
C
condim-u-s
D
condimu-s

Slide 9 - Quiz

De indicatief praesens

Slide 10 - Slide

De indicatief
praesens

Slide 11 - Mind map

Welke vorm past in de zin?
Wannes duas sorores...
A
habeo
B
habes
C
habet
D
habent

Slide 12 - Quiz

Welke vorm past in de zin?
Thor rogat: "Luca, tune quoque duas sorores ...?"
A
habeo
B
habes
C
habet
D
habent

Slide 13 - Quiz

Welke vorm past in de zin?
Vos multa verba Latina ...
A
studes
B
studemus
C
student
D
studetis

Slide 14 - Quiz

Welke vertaling van de volgende zin is juist?
'Legati in vicinas gentes mittuntur.'
A
De gezant zendt de naburige volkeren.
B
De gezant wordt naar de naburige volkeren gezonden.
C
De gezanten worden naar de naburige volkeren gezonden.
D
De naburige volkeren sturen de gezanten.

Slide 15 - Quiz

De indicatief imperfectum

Slide 16 - Slide

De indicatief
imperfectum

Slide 17 - Mind map

Welke vorm staat in de indicatief imperfectum?
A
habemus
B
habebamus
C
habemur
D
habebimus

Slide 18 - Quiz

De indicatief imperfectum
  • onvoltooid verleden tijd
  • praesensstam (+ bindklinker e) + kenletters BA + uitgangen
  • actieve uitgangen: M, s, t, mus, tis, nt
  • passieve uitgangen: R, ris, tur, mur, mini, ntur
  • vertaling passief: hulpwerkwoord 'werden' + voltooid deelwoord

Slide 19 - Slide

Welke vorm past in de zin?
'Virgines Sabinorum ...'
A
rapiebatur
B
rapiebar
C
rapiebantur
D
rapiebamur

Slide 20 - Quiz

Welke vorm past in de zin?
'Iuvenis virginem Sabinorum ...'
A
rabiebat
B
rapiebatur
C
rapiebant
D
rapiebantur

Slide 21 - Quiz

Heb je na deze korte herhaling nog vragen over het praesens of het imperfectum?

Slide 22 - Open question