Diabetes les 1

Diabetes
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Diabetes

Slide 1 - Slide

Leerdoelen

De volgende begrippen zijn duidelijk:
glucose
koolhydraten
insuline 
diabetes 

Slide 2 - Slide

Wat weet jij al van diabetes?

Slide 3 - Mind map

Wat is diabetes?
  • Een ziekte waardoor het lichaam geen of te weinig insuline meer aanmaakt.
  • Je suiker wordt niet meer afgebroken door de insuline.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Wat is Diabetes mellitus?
Het lichaam kan de bloedsuiker niet meer in evenwicht houden
Glucose (bloedsuiker) is langdurig verhoogd, blijft in het bloed 

Bij een gezond persoon: 


maaltijd
nuttigen, glucose stijgt

alvleesklier produceert insuline
insuline zorgt voor opname glucose in lichaams-cellen

glucose daalt 

Slide 6 - Slide

Insuline en Glucagon
Insuline: 
  • Hormoon dat een belangrijke rol speelt bij de glucose waarde.
  • Een tekort of geen aanmaak leidt tot diabetes.
  • Wordt aangemaakt in de alvleesklier.

Glucagon:
  • Hormoon dat wordt gemaakt in de alvleesklier, verhoogt   glucose in het bloed.
  • Verhoogt de bloedsuikerspiegel als deze daalt. 
  • Word aangemaakt in de alvleesklier

 


Slide 7 - Slide

duss....
Insuline zorgt ervoor dat je lichaam glucose uit het bloed kan halen. 
Glucagon doet het tegenovergestelde: het zorgt ervoor dat opgeslagen suiker in de lever vrijkomt als de bloedsuikerspiegel te laag is. Hierdoor stijgt de bloedsuikerspiegel weer.

Slide 8 - Slide

Soorten diabetes 
  • Diabetes type 1
  • Diabetes type 2
SUB types:
  • Zwangerschapsdiabetes
  • Secundaire diabetes

Slide 9 - Slide

Diabetes mellitus type 1
  • 'insuline- afhankelijke diabetes mellitus'
  • Lichaam is gestopt met aanmaak insuline 
  • Lichaam 'vergist' zich
  • Valt eigen lichaamscellen aan 

Slide 10 - Slide

Ontstaan van diabetes mellitus type 2:

  • Meest voorkomende vorm 
  • Verloop geleidelijk
  • Insuline resistent
  • Lichaam maakt nog wel insuline aan
  • Er is meer insuline nodig 


Wat gebeurt er?

  1. Alvleesklier maakt meer insuline aan 
  2. Overbelasting van eilandjes van Langerhans 
  3. Alvleesklier niet meer in staat voldoende insuline aanmaken 
  4. Relatief te kort aan insuline

Slide 11 - Slide

Symptomen bij diabetes mellitus type 1
  • Veel plassen
  • Dorst en veel drinken
  • Slecht genezende wondjes
  • Slecht of wazig zien
  • Misselijkheid en braken
  • Vermoeidheid
  • Een verhoogde gevoeligheid voor infecties
  • Gewichtsverlies
  • Jeuk
  • Stemmingswisselingen, verhoogde prikkelbaarheid
  • (tijdelijk) uitblijven van menstruatie 
  • Erectiestoornissen  
Symptomen bij diabetes mellitus type 2

  • Veel plassen
  • Dorst en veel drinken
  • Slecht genezende wondjes
  • Slecht of wazig zien
  • Vermoeidheid
  • Verhoogde gevoeligheid voor infecties

Anders dan bij type 1: geen gewichtsverlies















Slide 12 - Slide

0

Slide 13 - Video

Slide 14 - Slide

Wat is de functie van insuline?
A
Insuline zorgt ervoor dat cellen dicht blijven
B
Insuline zorgt ervoor dat cellen open gaan
C
Insuline zorgt ervoor dat cellen actief worden
D
Insuline zorgt ervoor dat cellen rustig worden

Slide 15 - Quiz

Twee types diabetes
Diabetes type 1:  Je maakt geen insuline meer aan.
Diabetes type 2: Je maakt te weinig insuline aan, of je lichaam is er niet gevoelig (meer) voor.

Slide 16 - Slide

Type 1
Type 2
Maakt geen insuline meer aan
Maakt nog een beetje insuline aan
De meeste mensen met diabetes heeft dit type.
Met dit type diabetes valt prima te leven.
Met dit type moet je waarschijnlijk het vaakst per dag je suikerwaardes meten.
Moet voor het slapen gaan insuline spuiten

Slide 17 - Drag question

Hoe weet je dat je misschien diabetes hebt?
  • Veel plassen.
  • Veel drinken.
  • Veel slapen.
  • Wondjes genezen slecht.
  • Veel hoofdpijn
  • Veel misselijk

Slide 18 - Slide

In welk eten zit veel suiker, of veel stoffen die in het lichaam omgezet worden in suiker?
Veel suiker
Minder suiker
Sinaasappel
Cola
Melk
Cornflakes
Bier/wijn

Slide 19 - Drag question

Noem 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 20 - Slide


Stel 1 vraag over iets dat je niet zo goed hebt begrepen.

Slide 21 - Slide

Noem 1 ding op waar je meer over wilt weten

Slide 22 - Slide

Opdracht
Ga aan de slag met de casus.

Slide 23 - Slide