H3 Regenten en Vorsten

H3 Regenten en Vorsten
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H3 Regenten en Vorsten

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Uitleg over 3.1
  • Aan je leerdoelen werken

Slide 2 - Slide

Leerdoelen 3.1
  • In deze paragraaf leer je hoe de Franse koning het Franse gebied uitbreidde.
  • In deze paragraaf leer je hoe de Franse koning zijn binnenlandse macht vergrootte.
  • In deze paragraaf leer je hoe de Engelse koning minder machtig werd.
  • In deze paragraaf leer je hoe Nederland werd bestuurd.
  • In deze paragraaf leer je welke positie de stadhouders hadden.



Slide 3 - Slide

Wie bepaalt wie de macht heeft in een land?

Slide 4 - Open question

Waarom hebben sommige landen één leider en andere een democratie?

Slide 5 - Slide

Paleis Versailles

Slide 6 - Slide

Lodewijk XIV
  • Koning van Frankrijk
  • Lodewijk streefde naar absolutisme
  • Absolutisme: Een regeringssysteem waarin de vorst onbeperkte macht heeft.
  • Hij wilde alleen alle macht in Frankrijk.

Slide 7 - Slide

Welke reden gaf Lodewijk om alle macht te moeten hebben?

Slide 8 - Open question

De Franse koning:
Franse koningen hadden niet altijd zoveel macht gehad
  • 16e eeuw godsdienstoorlogen tussen Katholieken en hugenoten (Franse Calvinisten)
  • burgeroorlog, het volk kwam in opstand, machtige edelen vochten met hun legers om de macht.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

De Franse koning:
Lodewijk XIV:
  • maakt een einde aan de macht van de edelen
  • strak georganiseerd leger
  • afschaffen van van de rechten van de hugenoten , Fransen die niet katholiek wilden worden liet hij mishandelen en beroven.

Slide 11 - Slide

Waarom had de Franse koning alle macht alleen?

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Slide

De Engelse koning:
  • Engelse koningen wilden ook absolute macht
  • groot deel van de 17e eeuw conflicten met het parlement, waar edelen veel macht hadden.
  • 1688: protestantse edelen komen in opstand tegen de katholieke koning Jacobus II 

Slide 14 - Slide

De Engelse koning:
  • protestantse edelen willen Jacobus II vervangen door zijn dochter, Mary en haar man, prins Willem III van Oranje.
  • Met hun steun viel Willem III in 1688 Engeland binnen. 

Slide 15 - Slide

De Engelse koning:
  • Willem verjoeg zijn schoonvader, waarna het parlement hem en Mary in 1689 benoemden tot koning en koningin.
  • Willem en Mary konden pas koning en koningin worden nadat ze hadden verklaard zich aan de 'Bill of Rights'  te houden.
  • Hierin waren de rechten van de burgers, de koning en van het parlement vastgelegd. De koning moest zijn macht delen met het parlement.
  • geen sprake van absolutisme

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Leg in je eigen woorden uit dat Lodewijk XIV een absoluut vorst was.

Slide 18 - Open question

Leg in je eigen woorden uit dat Mary en William (van Engeland) geen absolute macht hadden.

Slide 19 - Open question