This lesson contains 17 slides, with text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Liberalen, socialisten en confessionelen
Tijdvak 8: burgers en stoommachines
Slide 1 - Slide
Tijdvak 8
1800 - 1900
Slide 2 - Slide
Liberalen
Streven naar vrijheid.
Vrijheid van meningsuiting, persvrijheid en vrijheid van economie.
Zo min mogelijk regels en wetten.
Slide 3 - Slide
Thorbecke
Leider liberalen
Belangrijke rol bij grondwetswijziging 1848
Grondlegger parlementaire democratie
Gaf Aletta Jacobs toestemming om naar de universiteit te mogen als eerste vrouw.
Slide 4 - Slide
Socialisten
Streven naar gelijkheid.
Verschil tussen arm en rijk verkleinen.
Vooral een beweging van arbeiders
Slide 5 - Slide
SDAP
Sociaaldemocratische Arbeiderspartij.
Geloofden dat arbeiders door geleidelijke veranderingen beter konden krijgen.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Communisme
Tak van socialisme
Alles is eigendom van de staat.
Arbeiders zijn de baas -> ze willen revolutie!
Slide 8 - Slide
Karl Marx
1867 Das Kapital
Grondlegger socialisme
Visie: Rijken worden rijker, armen worden armer
Communisme
Slide 9 - Slide
Visie Marx
Proletariaat = klasse van arbeiders
Proletariers moesten met een revolutie de macht grijpen.
Productiemiddelen moesten worden afgenomen van bezittende klasse (bourgeoisie)
Slide 10 - Slide
Confessionelen
Protestanten en katholieken.
Stonden tussen socialisten en liberalen in.
Naleven van de regels van de bijbel waren belangrijk.
Wilden christelijk onderwijs dat door de staat werd betaald.
Slide 11 - Slide
ARP
Antirevolutionaire partij
Eerste politieke partij van Nederland
Opgericht door Abraham Kuyper.
Verwierp ideeën van de verlichting.
Slide 12 - Slide
Abraham Kuyper
Dominee
Aanhangers: boeren en eenvoudige burgers die van Thorbecke geen stemrecht hadden gekregen (Kleine luyden)
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Schoolstrijd
Doel van de confessionelen was dat de overheid betaalde voor christelijk onderwijs.
De grondwet van 1848 gaf vrijheid van onderwijs.
Gelovigen mochten eigen scholen stichten -> maar bijzonder onderwijs moest zelf worden betaald.
Slide 15 - Slide
Schoolstrijd
De overheid betaalde alleen voor openbaar onderwijs. Liberalen wilden het volk de verlichte ideeën laten verspreiden in het openbaar onderwijs. -> Daarom wilden zij bijzonder onderwijs geen geld geven.
Katholieken en protestanten werkten samen tijdens schoolstrijd.
Slide 16 - Slide
Schoolstrijd
De schoolstrijd eindigde in 1917
Bijzonder en openbaar onderwijs kregen net zoveel geld.