20221027 Donderdag

Donderdag 27 oktober
Goedemorgen!
1 / 52
next
Slide 1: Slide
MentorlesVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

This lesson contains 52 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 180 min

Items in this lesson

Donderdag 27 oktober
Goedemorgen!

Slide 1 - Slide

OCHTEND

08.30 - 08.45 Jeugdjournaal
08.45 - 09.30 WISKUNDE
09.30 - 10.15 ENGELS
10.15 - 10.30 PAUZE
10.30 - 11.15 BIOLOGIE
11.15 - 12.00 NASK
12.00 - 12.20 PAUZE
MIDDAG

12.20 - 12.30 LEZEN
12.30 - 13.15 MENS&MAATSCHAPPIJ
13.15 - 14.00 GYM (omgewisseld)
14.00 - 14.30 WERK AFMAKEN/KEUZE

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

WISKUNDE

Slide 4 - Slide

BK §3.5 Parallellogram
Leerdoel
Na deze les ken jij de eigenschappen van een parallellogram.

Slide 5 - Slide

BK §3.5 Parallellogram

Slide 6 - Slide

BK §3.5 Parallellogram
Maak de opdrachten van §3.5 Parallellogram

Slide 7 - Slide

TL §3.5 Oppervlaktematen
Leerdoel
Na deze les ken jij de eigenschappen van een parallellogram.

Slide 8 - Slide

TL §3.5 Oppervlaktematen

Slide 9 - Slide

TL §3.5 Oppervlaktematen
Maak de opdrachten van §3.5 Oppervlaktematen

Slide 10 - Slide

ENGELS

Slide 11 - Slide

Chapter 2 - B: At the doctor's - Illness and injuries
Learning goal
After this lesson I know words about illness and injuries and I can use them correctly.

Slide 12 - Slide

Chapter 2 - B: At the doctor's - Illness and injuries
Learning goal
After this lesson I know words about illness and injuries and I can use them correctly.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Chapter 2 - B: At the doctor's - Illness and injuries

Slide 15 - Slide

Chapter 2 - B: At the doctor's - Illness and injuries

Slide 16 - Slide

Chapter 2 - B: At the doctor's - Illness and injuries
Complete the assignments in this section.

Slide 17 - Slide

BIOLOGIE

Slide 18 - Slide

Thema 2 Voeding en Vertering

Slide 19 - Slide

BK § 2.3 Zetmeel aantonen
Leerdoel
Na deze les kun jij zetmeel aantonen met een indicator.

Slide 20 - Slide

BK § 2.3 Zetmeel aantonen
Van de meeste voedingsmiddelen is
uitgezocht welke voedingsstoffen erin
zitten. Dat staat dan op de verpakking.

Slide 21 - Slide

BK § 2.3 Zetmeel aantonen
Een indicator is een stof waarmee je een
andere stof aantoont. Zetmeel kun je
aantonen met joodoplossing.
Joodoplossing is dus de indicator voor
zetmeel.

Een joodoplossing is lichtbruin. Om aan
te tonen dat ergens zetmeel in zit, doe je
er een paar druppels joodoplossing bij.
De kleur wordt dan blauwzwart, dat zie je
op de afbeelding.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

TL § 2.3 Het verteringsstelsel
Leerdoel
Na deze les kun jij de functie van vertering, verteringssappen en enzymen beschrijven.

Slide 24 - Slide

TL § 2.3 Het verteringsstelsel
Het verteringsstelsel bestaat voor het grootste deel uit een
lang kanaal van de mond tot de anus: het darmkanaal. Het
darmkanaal bestaat uit de slokdarm, de twaalfvingerige
darm, de dunne darm, de dikke darm en de endeldarm. In
het verteringsstelsel worden voedingsstoffen uit je voedsel
opgenomen in het bloed.
Verteren is het afbreken van grote voedingsstoffen tot
kleinere stoffen: de verteringsproducten. Deze stoffen
kunnen wel door de darmwand heen en in het bloed worden
opgenomen. 

De vertering gebeurt in twee stappen:
• voedsel in kleine stukjes verdelen door te kauwen
• voedingsstoffen afbreken met behulp van verteringssappen

Slide 25 - Slide

TL § 2.3 Het verteringsstelsel
De vertering gebeurt met behulp van verteringssappen. Speeksel en maagsap zijn voorbeelden van verteringssappen. Verteringssappen worden gemaakt door verteringsklieren. De verteringsklieren bij de mens zijn:
• de speekselklieren
• de maagsapklieren
• de lever
• de alvleesklier
• de darmsapklieren


Verteringssappen breken de stoffen in je voedsel af tot steeds kleinere stoffen (verteringsproducten). Deze afbraak van voedingsstoffen is een scheikundige reactie (stoffen worden omgezet in andere stoffen). Veel verteringssappen bevatten enzymen. Enzymen zijn stoffen die scheikundige reacties versnellen. De enzymen in verteringssappen zorgen er dus voor dat voedingsstoffen sneller worden afgebroken.

Door je voedsel te kauwen, vergroot je het oppervlak. De enzymen in verteringssappen kunnen dan over een groter oppervlak op het voedsel inwerken. Hierdoor zijn de voedingsstoffen in het voedsel beter bereikbaar voor de enzymen.

Slide 26 - Slide

TL § 2.3 Het verteringsstelsel
Verteringssappen breken de stoffen in je voedsel af tot steeds kleinere stoffen (verteringsproducten). Deze afbraak van voedingsstoffen is een scheikundige reactie (stoffen worden omgezet in andere stoffen). Veel verteringssappen bevatten enzymen. Enzymen zijn stoffen die scheikundige reacties versnellen. De enzymen in verteringssappen zorgen er dus voor dat voedingsstoffen sneller worden afgebroken.

Door je voedsel te kauwen, vergroot je het oppervlak. De enzymen in verteringssappen kunnen dan over een groter oppervlak op het voedsel inwerken. Hierdoor zijn de voedingsstoffen in het voedsel beter bereikbaar voor de enzymen.

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

NASK

Slide 29 - Slide

BK NASK Hoofdstuk 6
Na deze les:
Kun je beschrijven dat stoffen licht kunnen doorlaten of tegenhouden.
Kun je uitleggen hoe een schaduw ontstaat.
Kun je uitleggen wanneer je één schaduw hebt en wanneer meerdere.
Kun je de schaduw van een voorwerp tekenen.

Slide 30 - Slide

BK NASK Hoofdstuk 6
Je zit voor een raam en kijkt naar
buiten. Buiten zie je bomen. Het
licht van buiten komt door het
raam heen. Het raam laat het
licht door. De houten spijltjes in
het raam houden het licht tegen.

Stoffen kunnen licht doorlaten en/of tegenhouden.

Slide 31 - Slide

BK NASK Hoofdstuk 6
De kinderen houden een deel van
het zonlicht tegen. Op het gras zie
je daardoor hun schaduw. Een
schaduw ontstaat waar het licht
van een lichtbron niet kan komen.

Slide 32 - Slide

BK NASK Hoofdstuk 6
De voetballer heeft drie schaduwen.
De wedstrijd wordt ’s avonds
gespeeld. Op de speler schijnen drie
lampen. De drie lichtbronnen geven
de voetballer drie verschillende
schaduwen.
Een voorwerp kan dus meer dan één
schaduw hebben. Dat gebeurt als er meer dan één lichtbron is.

Slide 33 - Slide

BK NASK Hoofdstuk 6
Hier zie je een auto onder een lantaarnpaal.
Het donkere deel is de schaduw van de auto.
Daar kan het licht van de lamp niet komen,
want lichtstralen gaan altijd rechtdoor. In de
tekening zie je twee randstralen. Dit zijn de
lichtstralen die langs de rand van de auto gaan.
De randstralen maken de rand van de schaduw.
Je kunt ook zeggen: de randstralen maken de
omtrek van de schaduw.

Slide 34 - Slide

BK NASK Hoofdstuk 6
Maak de opdrachten van §6.2 Schaduw

Slide 35 - Slide

TL NASK Hoofdstuk 6
In een spiegel zie je een levensecht
beeld van je eigen wereld. 
De spiegelwereld verschilt op één
belangrijk punt van de wereld voor
de spiegel. Dat merk je meteen als
je tekst bekijkt via een spiegel.
Je ziet de tekst dan in spiegelschrift.

Slide 36 - Slide

TL NASK Hoofdstuk 6
Op de plaats waar de lichtstraal de spiegel raakt, is een lijn getekend die loodrecht op de spiegel
staat: de normaal. De hoek tussen de invallende  lichtstraal en de normaal heet de hoek van inval
(∠ i). De hoek tussen de teruggekaatste lichtstraal en de normaal heet de hoek van terugkaatsing (∠t).

Bij terugkaatsing door een vlakke spiegel
geldt altijd:
hoek van inval = hoek van terugkaatsing

Deze regel wordt de spiegelwet genoemd.

Slide 37 - Slide

TL NASK Hoofdstuk 6
De teruggekaatste lichtstraal tekenen d.m.v. de spiegelwet
1 Leg je geodriehoek neer zoals in de
tekening.
2 Teken de normaal. De normaal staat
altijd loodrecht op het vlak van inval.
3 Lees de grootte van de hoek van inval
af.
4 Leg je geodriehoek nu langs de andere
kant van de normaal.
5 Geef de hoek van terugkaatsing aan.
6 Teken de teruggekaatste lichtstraal.

Slide 38 - Slide

TL NASK Hoofdstuk 6
Met de spiegelwet kun je ook verklaren hoe spiegelbeelden ontstaan. Als je een brandende kaars voor een spiegel zet, valt er licht op de spiegel. Dit licht wordt door de spiegel teruggekaatst volgens de spiegelwet. Maar voor iemand die in de
spiegel kijkt, lijkt het licht van achter de
spiegel te komen.

Slide 39 - Slide

NASK Hoofdstuk 6
Maak de opdrachten van §6.2 Spiegelbeelden.

Slide 40 - Slide

MENS & MAATSCHAPPIJ

Slide 41 - Slide

LEZEN
Pak je alvast je Plein M boek en je LEESBOEK.
We gaan 10 minuten lezen!

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Slide

§3.4 Water in natte en droge gebieden
Maak de bijbehorende opdrachten

Slide 50 - Slide

Film

Slide 51 - Slide

Keuze / Werk afmaken
Jeugdjournaal

Slide 52 - Slide