Woordenschat en Spelling 1-2

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Woordenschat en Spelling 

Toetsvoorbereiding 

Wat betekent het woord
de educatie?

1. Vaststellen
2. Constateren
3. onderwijs
4. illusie

Welk woord pas er bij het woord
overzichtelijk?

1. duidelijk
2. aanstekelijk
3. vooralsnog
4. voordeel

Welk woord hoort er bij
bekostigen?

1. Kopen
2. Veroorzaken
3. Benijden
4. Betalen

Wat betekent illusie?

1. Waar veel belangstelling voor is
2. Gedachte die te mooi is om waar te zijn
3. Iets kunnen verdragen
4. Uit de hand lopen

Wat is hilariteit?

1. Erger worden
2. Sterk zijn
3. Vaststellen dat iets zo is
4. Vrolijkheid, gelach

Maak een hele zin met het woord:
benijden.

Maak de zin langer met woorden als: dus, omdat, hierdoor.... Zodat ik kan zien dat jij de betekenis begrijpt. Hoe langer de zin, hoe beter.

Maak een hele zin met het woord:
spenderen

Afleiding:

Hoe maak ik van een werkwoord een zelfstandig naamwoord

1. Je kunt voor het werkwoord het woordje het zetten:

Luisteren = het luisteren

vergaderen = het vergaderen

2. Je gebruikt een achtervoegsel: ing-tie-sel

vergaderen = vergadering

repareren = reparatie

proberen = probeersel

Maak een zelfstandig naamwoord
van: begroeten

Maak een zelfstandig naamwoord
van: aanbieden

Afleiding van landen of steden

Ook van namen van landen of steden kun je een afleiding maken:

Deze afleiding schrijf je dan met een HOOFDLETTER

Voorbeeld:

Zanger uit Duitsland = Duitse zanger

Kaas uit Frankrijk = Franse kaas

Voetbalcompetitie uit België = Belgische voetbalcompetitie

Hoe schrijf je de afleiding:
olijven uit Portugal

Hoe schrijf je de afleiding:
Klompen uit Amsterdam

Het correct schrijven van het voltooid deelwoord

• Een voltooid deelwoord begint vaak met GE-BE-VER
• Een voltooid deelwoord staat meestal aan het eind vd zin
• Bij een voltooid deelwoord staat ALTIJD een vorm van hebben, zijn of worden 
• Het voltooid deelwoord van STERKE  werkwoorden (veranderd van klank) eindigen meestal op -en. zwemmen =  heeft gezwommen
• Bij zwakke werkwoorden (klank verandert niet) gebruik je 't kofschip X betalen = is betaald

Welke is goed?
De klasgenoot....

1. is gisteren verhuist
2. is gisteren verhuisd

Welke is goed? (herdenken)
de oorlog .....

1. wordt herdacht
2. wordt herdachd

Welke is goed? (oplichten)
de klant ......

1. is opgelichd
2. is opgelicht

PV in de verleden tijd.
Welke is goed?
(wedden) Ik .... op het goede paard

1. wedt
2. wedden
3. wedde
4. wed

PV is verleden tijd.
Welke is goed?
(vervangen) Ik ...... de lamp

1. Vervangde
2. verving

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

• Voltooid deelwoorden van sterke werkwoorden die eindigen op -en veranderen als bijvoeglijk naamwoord niet. 
• Het ijsje is gesmolten = het gesmolten ijsje
• Andere voltooid deelwoorden schrijf je zo kort mogelijk. (Denk wel aan de spellingsregels)
• De foto is vergroot = de vergrote foto
• het plafond is gewit = het gewitte plafond 

De kleren zijn gedragen.
De ......... kleren

De beloning was beloofd.
De .......... beloning.

Hoofdletters.
Wat hoeft NIET met een hoofdletter?

1. Den Helder
2. Nijmeegse
3. Koningin
4. Maxima

Welke hoeft er NIET met een hoofdletter?

1. Telegraaf
2. Avis
3. Amsterdam
4. Lente

Samenstelling -s

Een samenstelling maak je van twee (of meer) woorden. 

Soms moet je tussen deze woorden een extra letter zetten: 

een tussen -s of een tussen -n

De -s kun je vaak horen:

Bijvoorbeeld:

identiteit + bewijs = identiteitsbewijs

bruid + jurk + bruidsjurk

Samenstelling -n (blz 77 B-boek)

maa

Voorbeelden

• Platte + land = platteland

Platte = GEEN zelfstandig naamwoord dus alleen een -e.

• Benzine + geur + benzine geur
  

Benzine = WEL een zelfstandig naamwoord, meervoud niet op -en

• Pan + koek + pannenkoek

Pan = zelfstandig naamwoord + meervoud = -en

• Maan + schijn = maneschijn

maan = zelfstandig naamwoord maar er is maar 1 maan, dus meervoud bestaat niet.

Welke is goed?
Hoge + school

1. hogeschool
2. hogesschool
3. hogenschool

Welke is goed?
asperge + soep

1. aspergensoep
2. apsergessoep
3. aspergesoep

Welke is goed?
kat + bak

1. kattenbak
2. kattebak