This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 90 min
Items in this lesson
Sociale Psychologie
15 februari 2022
Slide 1 - Slide
NSE
Wie studeert er graag aan een slechte hogeschool?
Wie bepaalt of iets een goede hogeschool is?
Vul de NSE in! 3*=5; 4*=7; 5*>9
Slide 2 - Slide
Foutje...
In editie 9: -3.3 (dus wel 3.4)
In editie 10: -3.4 (dus wel 3.3)
Slide 3 - Slide
Over de afgelopen zeven dagen
Ik heb het boek maar ik was druk met de post.
Ik heb het boek en ik heb erin gelezen.
Ik loop één week achter.
Ik heb het boek en ik heb de planner gevolgd.
To infinity and beyond
Slide 4 - Poll
Programma
Vragen?
Terugblik
Hoofdstuk 3
Hoofdstuk 4
Sociale Psychologie
Slide 5 - Slide
Terugblik: Welke drie uitgangspunten kun je goed gebruiken bij het verklaren van menselijk gedrag?
Slide 6 - Open question
Terugblik:
Wat wordt er bedoeld met sociale cognitie?
Slide 7 - Open question
Schema's gebruik je als:
je snel wil handelen.
je onbewust en snel handelt.
je de situatie niet precies kent.
Slide 8 - Poll
Vragen?
Slide 9 - Slide
Hoofdstuk 3 - Sociale cognitie
De manier waarop mensen over zichzelf en de sociale wereld denken; inclusief hoe mensen sociale informatie selecteren, interpreteren, herinneren en gebruiken.
Slide 10 - Slide
Hoe doen we dat?
Automatisch
Gecontroleerd
met weer een leestip ->
Slide 11 - Slide
Schema of script
mentale structuren waarmee we kennis over de sociale wereld organiseren.
met een script, weet je hoe je je in bepaalde situaties moet gedragen.
Slide 12 - Slide
Maar...
het schema beinvloedt ook hoe we de wereld observeren
ons schema, script of referentiekader kleurt onze kijk op de wereld.
ons schema, script of referentiekader creëert een construct.
Slide 13 - Slide
Hoe kom je aan een schema?
Slide 14 - Slide
Wanneer en hoe gebruik je een schema?
Als de precieze situatie onduidelijk en/of nieuw is.
Je vergelijkt de situatie met een bekende situatie en je gebruikt die informatie om je gedrag te bepalen.
Je kopieert gedrag van anderen om zo een nieuw schema te maken als je geen referentie hebt.
Slide 15 - Slide
Hoe kom je aan een schema?
Door ervaringen!
- toegankelijkheid (socialisatie?)
- priming (korte termijn?)
Slide 16 - Slide
Perseveratie-effect; een grafiek
Slide 17 - Slide
ZE
Slide 18 - Slide
Pygmalion-effect
Zorg ervoor dat je in 60 seconden kunt uitleggen wat het Pygmalion-effect is.
Bespreek in groepjes van 3 wat het boek (p65-68 of 76-78) erover schrijft en wat jij denkt dat het is.
Je hebt hier 10 minuten voor
Je kunt straks in 60 seconden uitleggen wat het Pygmalion-effect is.
Als je klaar bent, kun je verder met je Valentijnskaarten sorteren.
Slide 19 - Slide
Pygmalion-efffect
Slide 20 - Slide
Soorten automatisch denken
Als er geen schema is?
Als de situatie te complex is, er teveel schema's zijn?
andere mentale, strategieën, aannames
-> beoordelingsheuristieken
Slide 21 - Slide
Een voorbeeld
Schrijf, voor jezelf op papier, zes voorbeelden op van momenten op waarop je dapper bent geweest.
Slide 22 - Slide
Hoe dapper ben je? 0 is niet dapper, 100 is superdapper
Slide 23 - Poll
Tevreden
Schrijf voor jezelf twee voorbeelden op van momenten waarop je tevreden was.
Slide 24 - Slide
Hoe tevreden ben je? 0 is niet tevreden, 100 is supertevreden
Slide 25 - Poll
Heuristieken
Beschikbaarheidsheuristiek
Representativiteitsheuristiek
Basisfrequentie
Anker en correctieheuristiek
Slide 26 - Slide
Gecontroleerd denken?!
Bewust
Opzettelijk
Uit vrije wil
Inspanning
Slide 27 - Slide
Gecontroleerd denken?!
Ingewikkeld!
- tegenfeitelijk denken
- gedachteonderdrukking
Slide 28 - Slide
Hoe voorkom je piekeren? Lees pagina 87/97 en verder en schrijf een instructie!
Slide 29 - Open question
P
A
U
Z
E
timer
7:30
Slide 30 - Slide
Hoofstuk 4
Sociale perceptie: hoe we andere mensen begrijpen
- Verschil met hoofdstuk 3?
Slide 31 - Slide
Sociale perceptie
Eerste indrukken!
Waarom zijn ze belangrijjk?
Waarom zijn ze hardnekkig?
Slide 32 - Slide
Hoe gebruik je deze kennis?
Geef voorbeelden van hoe je gebruik kunt maken van je kennis over eerste indrukken in de lespraktijk.
Lees bladzijde 103 t/m 106 en destilleer daaruit een strategie voor jou als docent.
Je mag met elkaar overleggen.
Je hebt hier 10 minuten voor.
Je hebt ten minste twee voorbeelden.
Als je eerder klaar bent, mag je meer voorbeelden bedenken (of uit het raam staren).