H3.3 - Nettokracht

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten, zorg dat je een gesloten laptop op tafel hebt liggen.
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten, zorg dat je een gesloten laptop op tafel hebt liggen.

Slide 1 - Slide

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten, zorg dat je een gesloten laptop op tafel hebt liggen.

Slide 2 - Slide

H3.3 - Nettokracht

Slide 3 - Slide

Lesdoelen voor vandaag
-De leerling kan uitleggen wat nettokracht is.
-De leerling kan een basis berekening maken met nettokracht
-De leerling kan uitleggen wanneer een object in evenwicht is

Slide 4 - Slide

Opdracht 
Een Volkswagen golf heeft een massa van 13.651 kg
a) Bereken de zwaartekracht die werkt op de golf
b) Teken de zwaartekracht die werkt op de golf als 
1 cm ≙ 15.000 N. 

Slide 5 - Slide

Welke 2 krachten zijn hier getekend?

Slide 6 - Slide

Welke 2 krachten zijn hier getekend?
Fv


Fz

Slide 7 - Slide

Wat als er 2 krachten tegelijk werken?

Slide 8 - Slide

De zwaartekracht is even groot als de veerkracht.
De tas hangt stil.

Slide 9 - Slide

Evenwicht van krachten:
Nettokracht = NUL Newton

Dan verandert de snelheid van de beweging niet. 
Stilstaan blijft stilstaan
Bewegen blijft met dezelfde snelheid in dezelfde richting blijven bewegen


Slide 10 - Slide

Welke krachten werken er als ik op de vloer sta? 

Slide 11 - Slide

Normaalkracht
De normaalkracht is de kracht van de ondergrond op het voorwerp.  

Bi                                                     Bij evenwicht is de zwaartekracht gelijk                     aan de normaalkracht. 


FZ=FN

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Nettokracht is 180 N + 100 N  = 280 N naar rechts

Slide 14 - Slide

Hoeveel is de nettokracht in dit geval?

Slide 15 - Slide

Nettokracht is 180 N - 100 N = 80 N naar rechts

Slide 16 - Slide

Klassikale vraag
Bij een touwtrekwedstijd zijn er vier leerlingen die alle vier een kracht op het touw uitoefenen. Boris en Karin trekken naar rechts, Boris met 642 N, Karin met 545 N. Nina en Koos trekken naar links, Nina met 521 N, Koos met 664 N.

Bereken welke partij de winnaar is.

Slide 17 - Slide

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak de volgende opdrachten van H3.3 - 1, 2, 3, 6, 8, 10

Hoe? Werk de eerste 5 minuten individueel en in stilte. Daarna mag je fluisterend overleggen. 

Hoe lang? Tot het einde van de les.

Klaar? Lees heel paragraaf 3.3 en maak daarna alle opdrachten van de paragraaf

Slide 18 - Slide

Op een voorwerp werken twee krachten.
F1 = 50 N naar links en F2 = 150 N naar rechts.
Hoe groot is de nettokracht en in welke richting gaat de nettokracht?
A
100 N naar rechts
B
200 N naar links
C
100 N naar links
D
200 N naar rechts

Slide 19 - Quiz

Een krachtmeter met een stugge veer die moeilijk uitrekt, gebruik je:
A
alleen om grote krachten te meten
B
alleen om kleine krachten te meten
C
zowel grote als kleine krachten te meten
D
geen van allen

Slide 20 - Quiz

Wat is de
nettokracht?
A
186N
B
8360N
C
1,45N
D
34N

Slide 21 - Quiz

De eenheid van kracht is
A
kilogram
B
Fz
C
newton
D
m

Slide 22 - Quiz

Je gaat een kracht meten van ongeveer 4,5 N welke meter neem je dan
A
1 N
B
3 N
C
5 N
D
10 N

Slide 23 - Quiz

Bereken de nettokracht met behulp van de afbeelding.
A
60 naar links
B
60 naar rechts
C
160

Slide 24 - Quiz

De netto kracht is
A
60 N
B
140 N
C
100 N
D
40 N

Slide 25 - Quiz

Een boek van 300 g ligt stil op tafel. hoe groot is de Nettokracht?
A
3 N
B
3000 N
C
0 N
D
kan je niet weten

Slide 26 - Quiz