What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Les 20: Een dik boek, dikke boeken
Welkom bij Nederlands!
1 / 27
next
Slide 1:
Slide
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
This lesson contains
27 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom bij Nederlands!
Slide 1 - Slide
Eenvoudige basisgrammatica NT2
Les 20
Slide 2 - Slide
Wat gaan we doen?
Terugblik - Bijvoeglijk naamwoord.
(Af)maken: opdracht 61 t/m 63.
Maken: werkblad 1, 2 en 3 + nakijken.
Slide 3 - Slide
Lesdoel
Herkennen van een bijvoeglijk naamwoord in een zin.
Weten hoe je een bijvoeglijk naamwoord kunt gebruiken om een zelfstandig naamwoord te beschrijven.
Slide 4 - Slide
Grammatica
Een
bijvoeglijk naamwoord
is een woord dat iets zegt over het
zelfstandig naamwoord
.
Slide 5 - Slide
Lesdoel
Slide 6 - Slide
Grammatica
De tafel = de mooi
e
tafel, een mooi
e
tafel
Het
boek = het mooi
e
boek, een mooi boek
de of het
een
de
+e
+e
het
+e
Slide 7 - Slide
Grammatica
Het boek is dik.
Wat een dik boek.
Het dikke boek.
De fiets is mooi.
Wat een mooie fiets.
De mooie fiets.
Slide 8 - Slide
Grammatica
Een zelfstandig naamwoord kan meer bijvoeglijk naamwoorden hebben.
'De oude, zieke en arme man'
Bijvoeglijk naamwoorden kunnen op drie manieren voorkomen, als in de 'overtreffende trap.'
'Hoog, hoger, hoogst.'
Slide 9 - Slide
Wat is goed?
A
Het dikke boek
B
Het dike boek
C
Het dik boek
D
Een dikke boek
Slide 10 - Quiz
Wat is goed?
A
Een mooi fiets
B
De mooi fiets
C
De mooie fiets
D
Het mooi fiets
Slide 11 - Quiz
Het meisje is aardig.
Een _________ meisje
A
aardig
B
aardige
Slide 12 - Quiz
Het meisje is aardig.
Het _________ meisje
A
aardig
B
aardige
Slide 13 - Quiz
De jongen is vrolijk.
De __________ jongen.
A
vrolijk
B
vrolijke
Slide 14 - Quiz
De tas is lelijk.
De _________ tas.
Slide 15 - Open question
Grammatica
Let op de spelling!
Een dik boek
Het di
kk
e boek
Een leeg huis
Het l
eg
e huis
Slide 16 - Slide
Grammatica
Let op de spelling!
Een hond is lief.
De lie
v
e hond.
Het drankje is vies.
Het vie
z
e drankje.
Slide 17 - Slide
Het dak is hoog.
Het __________ dak
A
Hoog
B
Hooge
C
Hoge
D
Hog
Slide 18 - Quiz
De film is gek.
Een _________ film
A
Gek
B
Geke
C
Gekke
D
Geek
Slide 19 - Quiz
Het glas zit vol.
Het ________ glas.
Slide 20 - Open question
Het glas zit vol.
Een ________ glas.
Slide 21 - Open question
Mijn tas is zwaar.
De _________ tas.
Slide 22 - Open question
Het eten is vies.
Het _______ eten.
Slide 23 - Open question
Maken
(Af)maken: opdracht 61 t/m 63.
Maken: werkblad 1, 2 en 3 + nakijken.
Klaar?
Huiswerk maken lezen.
Slide 24 - Slide
Maak een zin met het bijvoeglijk naamwoord
De/het...............+ mens/dier/ding
Slide 25 - Slide
Noem twee dingen die je hebt geleerd.
Slide 26 - Slide
Tot morgen!
Slide 27 - Slide
More lessons like this
Bijvoeglijk naamwoord
January 2025
- Lesson with
23 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Les 20: Een dik boek, dikke boeken
June 2024
- Lesson with
21 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Les 20: Een dik boek, dikke boeken
January 2023
- Lesson with
21 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Les 20: Een dik boek, dikke boeken
5 days ago
- Lesson with
21 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
bijvoeglijk nw en trappen van vergelijking.ivb
September 2023
- Lesson with
43 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 2
HA1: grammatica: bijvoeglijk naamwoord
February 2025
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
HA1: grammatica: bijvoeglijk naamwoord
May 2019
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
bijvoeglijk nw en trappen van vergelijking.ivb
February 2025
- Lesson with
21 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 2