Gesprekken voeren 2F sollicitatiegesprek

Gesprekken voeren 2F 
sollicitatiegesprek
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Gesprekken voeren 2F 
sollicitatiegesprek

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Aan het eind van de les weet je waar het examen 'gesprekken 2F sollicitatiegesprek' aan moet voldoen.

Slide 2 - Slide

Welke twee mondelinge examens zijn er?

Slide 3 - Open question

Een gesprek bestaat uit:
A
een dialoog tussen twee of meerdere personen
B
een PowerPointpresentatie
C
een uitleg geven
D
beredenering toelichten

Slide 4 - Quiz

Hoe lang duurt het examen 'gesprekken voeren 2F'?
A
ongeveer 15 minuten
B
ongeveer 6 minuten

Slide 5 - Quiz

Wat is een 'sollicitatiegesprek'?
A
een gesprek om jezelf te vertegenwoordigen
B
een gesprek om te beoordelen of je goed functioneert op een werkplek
C
een gesprek om te kijken of je een hogere functie waard bent
D
een gesprek waarin je gegevens en kwaliteiten uitwisselt voor een toekomstige nieuwe werkplek

Slide 6 - Quiz

Gesprek voeren, wat ga je doen?

Voor het examen Nederlands Gesprekken 2F voer je het volgende gesprek:
sollicitatiegesprek

Je gaat een sollicitatiegesprek voeren aan de hand van een vacature. Deze vacature wordt met jou gedeeld in de les door jouw docent Nederlands. 





Slide 7 - Slide

Eisen gesprek
• De vacature sluit aan bij de inhoud en het niveau van je opleiding.
• In de vacaturetekst worden minimaal twee eisen gesteld waaraan jij voldoet.
 • In de vacaturetekst wordt ook minimaal één eis gesteld waaraan je niet voldoet.
• De vacature vraagt naar bepaalde ervaring die jij hebt. 

De examenafnemer speelt de werkgever. Gebruik je eerdere werk- of BPV-ervaringen om de vragen te beantwoorden.



Slide 8 - Slide

Hoe ziet het examen eruit?

Het gesprek moet ongeveer 6 minuten duren.

De volgende punten moeten tijdens het gesprek aan bod komen:
1. jezelf voorstellen
2. wat je aanspreekt aan de functie en de werkgever
3. functie-eisen
4. jouw sterke eigenschappen en mogelijke verbeterpunten
5. eerdere ervaringen



Slide 9 - Slide

Instructie


Voorbereiding
  •  Lees de opdracht en bereid je goed voor. Je mag een (digitaal) woordenboek gebruiken bij de voorbereiding

Slide 10 - Slide

Instructie
Hulpmiddelen
 • het examenboekje
• aantekeningen in steekwoorden: je mag geen zinnen opschrijven


Slide 11 - Slide

Inschrijven, wat moet je doen?
  1. je schrijft je in via supersaas: 
    Google: supersaas of https://www.supersaas.nl
  2. je logt in met je studentenmail en code (nummer code staat op je Landstede-pas)
  3. je zoekt zelf een datum uit en geeft aan of je op locatie of via teams online je examen afneemt
    (in teams videobelt de examinator je in op het tijdstip van jouw examen)

Slide 12 - Slide

Inschrijven, wat moet je doen?

4. bij een juiste inschrijving ontvang je een ontvangstbevestiging van de examencommissie via de mail
5.  in de mail staat de datum/tijd/lokaal + de examenboekjes met informatie
6. examen vergeten/niet tijdig afmelden betekent herkansing!

Slide 13 - Slide

e-mail examencommissie

examenbureausb@landstede.nl


Voor extra vragen/opmerkingen en/of tijdig afmeldingen m.b.t de examens.



 

Slide 14 - Slide

Aan de slag:
Voorbereiding examen gesprekken voeren

Schrijf de volgende vijf punten uit in Word:
  • 1. jezelf voorstellen
  • 2. wat je aanspreekt aan de functie en de werkgever
  • 3. functie-eisen
  • 4. jouw sterke eigenschappen en mogelijke verbeterpunten
  • 5. eerdere ervaringen

Slide 15 - Slide

Rollen wisselen
LEER EN STUDEER SAMEN!
Gebruik de vragen uit bovenstaande dia voor het rollenspel.

Samen met je klasgenoot speel je twee rollen:
1. rol werkgever
2. rol sollicitant
3. de beoordelaar schrijft een pluspunt en verbeterpunt op
4. gebruik de punten voor de beoordeling in onderstaande dia


Slide 16 - Slide

De niveaubepaling 2F
Je moet laten zien dat jouw gespreksvaardigheid minimaal voldoet aan de volledige onderstaande omschrijving;

Beurten nemen en bijdragen aan samenhang
Je kunt het gesprek op gang houden met eenvoudige strategieën, zoals het uitstellen van een reactie. Binnen je eigen beurten breng je op eenvoudige wijze samenhang aan. Dit doe je door middel van een eenvoudige opbouw en veelvoorkomende voeg- en verwijswoorden (zoals want, maar, omdat, die, dat, jouw). Enkele fouten met deze woordsoorten kunnen nog voorkomen.

Afstemming op doel
Je reageert adequaat op je gesprekspartner, waarmee je je gespreksdoel bereikt.
Afstemming op de gesprekspartner(s)
Je past je woordgebruik en toon vrijwel altijd aan het publiek aan in formele en informele situaties.



Slide 17 - Slide

De niveaubepaling 2F
Woordenschat en woordgebruik
Je hebt een redelijk goede woordenschat. Dit laat je zien door te variëren in woordgebruik. Je gebruikt veelvoorkomende voorzetsels (zoals voor, achter, boven, door) vrijwel altijd correct.

Vloeiendheid, verstaanbaarheid en grammaticale beheersing
Je bent duidelijk verstaanbaar ondanks een enkele fout in intonatie en uitspraak. Het spreektempo is vrijwel normaal met een enkele hapering. Je toont een redelijke grammaticale beheersing. Dit laat je zien door meestal correcte zinsconstructies toe te passen. De werkwoordsvormen zijn over het algemeen correct, maar fouten in weinig voorkomende onregelmatige werkwoorden (zoals raden) kunnen nog voorkomen. De verbuiging van overige woordsoorten (zoals groot/grote) gebeurt meestal correct.

Slide 18 - Slide

Eind
Voor extra vragen en/of opmerking contacteer je je docent Nederlands.

Slide 19 - Slide