Theorie 8.2

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1,2

Theorie Onderwijsassistent

Hoofdstuk 8

Rekenproblemen en rekenstoornissen

8.2 Signaleren

Vanaf welke klas kun je rekenproblemen signaleren?

1. Groep 1 en 2
2. Groep 3
3. Groep 4
4. Groep 6

Rekenen met kleuters
Wat doe je?

Signaleren groep 1/2

Vier voorbeelden:

1. Beperkte interesse in tellen en puzzels
   
2. Moeite met het benoemen van vormen en kleuren
3. Langzamer met of niet tellen tot tien
   
4. Moeite met het bepalen van het aantal voorwerpen

Er zijn in het boek bij paragraaf 8.2 nog meer voorbeelden...

Noem twee signalen van rekenproblemen die je al in de kleuterklas kunt zien:

Signaleren groep 3/4

Vier voorbeelden:

1. Telt langer dan leeftijdgenoten op vingers of met een rekenrek.
2. Rekent op een laag tempo en maakt meer fouten.
3. Keert getallen om tijdens het opschrijven.
4. Heeft moeite met het juist benoemen en opschrijven van getallen.

Er zijn in het boek bij paragraaf 8.2 nog meer voorbeelden...

Wat is er aan de hand?

Lees de casus en probeer te ontdekken welke signalen je ziet...

Job zit in groep 6. Hij ziet elke dag enorm tegen de rekenles op. Het lukt hem gewoon niet. Hij beseft heel goed dat hij minder goed kan rekenen dan andere kinderen. Hij is ook altijd later klaar. Gisteren moest hij naar de bakker voor zijn moeder. Wat is dat lastig om te weten of hij dan genoeg geld bij zich heeft. Maar goed...het is bijna tijd...of is de rekenles altijd een uur later?

Noem twee dingen die jij signaleert als rekenproblemen bij Job

Signaleren groep 5 - 8

Vijf voorbeelden:

1. Rekent op een laag tempo en maakt meer fouten.
2. Onthoudt de instructie niet of onjuist.
3. Heeft moeite met analoog klokkijken, meten, geld rekenen enzovoort.
4. Heeft een hekel aan rekenen.
5. Is faalangstig.

Er zijn in het boek bij paragraaf 8.2 nog meer voorbeelden...

Signaleren op het VO

Vier voorbeelden:

1. Heeft emotionele problemen, bijvoorbeeld faalangst of rekenangst.
2. Heeft problemen bij andere vakken, waaronder wiskunde, natuurkunde, scheikunde, economie en technische vakken.
3. Heeft zichtbaar moeite met hoofdrekenen.
4. Heeft moeite met geld rekenen en het snel kunnen betalen aan de kassa.

Er zijn in het boek bij paragraaf 8.2 nog meer voorbeelden...

Welke twee dingen ga jij onthouden om rekenproblemen te signaleren?