OP5 23-24 kennisweek 1 verpleegkunde leerjaar 2

• Verpleegkunde
• HBO
• Studiejaar 2

Welkom!

balans

vinden: start schooljaar, leerjaar 2, leerproces

raakvlakken met thema zelfmanagement, verpleegkundig handelen

Inhoud les 1.1 kennislijn

• kennismaken met elkaar
• kennismaking met de cursus kennislijn
• activerende werkvorm theorie zelfmanagement
• opdracht methodisch werken tijdens klinisch redeneren a.d.h.v. een casus 

kennismaking met de cursus

Welke vraag kunnen wij voor jou beantwoorden?

Aangenaam kennis te maken

Stel jezelf voor met behulp van een alliteratie. Combineer een persoonlijke eigenschap/ persoonlijke kwaliteit met jouw voornaam. En licht het in maximaal 3 zinnen toe.

Voorbeeld aliteratie: energieke Emilio

Chronisch zieken 

Leven met een chronische aandoening

Zelfmanagement ondersteuning + autonomie 

Verpleegkundig proces

Klinisch redeneren

Jaar 2: samenhang herkennen tussen verschillende vakgebieden 

onderdeel in opzet van werkvormen

toetsdoelen op o.a niveau begrijpen en toepassen.

vraag: hoe kan je zien dat iemand de stof begrijpt en/of kan toepassen?

belang van diverse voorbeelden, vertellen in eigen woorden

redeneren voor besluitvorming mbv theorie

vervolg kennismaking

In subgroepen:

 

- Wat maakt jou enthousiast voor het vak van verpleegkundige?

- Hoe hoop je deze cursus in te zetten voor jouw ontwikkeling als verpleegkundige?

- Wanneer zijn voor jou de lessen kennislijn succesvol (proces/ taak)?

- Hoe maken we samen de lessen kennislijn succesvol (proces / taak)?

post-its laten invullen per individu,

groep mixen

 gezamenlijke bespreking en nabespreking

Welkom terug op school!

Welkom terug!

eventuele vragen vanuit eerste deel nog bespreken voor inhoudelijke overgang.

leerdoelen les 1.1 (& 1.2)

Ten aanzien van het concept zelfmanagement kan de student verpleegkunde:

-het concept zelfmanagement toepassen tijdens het klinisch redeneren in een casus (ZelCom niveau 1) van persoon met een chronische aandoening

-de verschillende verpleegkundige perspectieven op zelfmanagementondersteuning toepassen in een casus (ZelCom niveau 1) van een persoon met een chronische aandoening

-uitleggen welke competenties voor zelfmanagement nodig bij een persoon met een chronische aandoening en de verpleegkundige in een gegeven casus 

-uitleggen hoe de eigen regie van een persoon met een chronische aandoening in een gegeven casus, met gebruikmaking van het pilotenmodel, ondersteund kan worden door de verpleegkundige 

leerdoelen les 1.1 (& 1.2)

Ten aanzien van het klinisch redeneren kan de student verpleegkunde:

-het stappenplan van diagnostisch redeneren binnen het verpleegkundig proces benoemen en uitleggen (1, 6)

-het concept kritisch denken toepassen tijdens het uitwerken van de stappen gegevensverzameling en diagnosticeren van het verpleegkundig proces in een casus van een persoon met een chronische aandoening (ZelCom niveau 1) (1,6)

-het stappenplan van diagnostisch redeneren, met gebruikmaking van de gezondheidspatronen van Gordon, toepassen in een casus van een persoon met een chronische aandoening  (1, 6) 

Voorbereiding van de les

Zie brightspace 

• voorkennis ophalen met oefenvragen
• mindmap 'stappen verpleegkundig proces'
• bekijken kennisclip zelfmanagement (Vilans)
• mindmap 'verpleegkundige ondersteuning zelfmanagement´

Nabespreking voorbereiding

• Leervragen over de theorie en/of hoe deze te gaan toepassen
• Mindmaps (delen / uitwisselen)

evt korte samenvatting nav nabespreking

Wat is zelfmanagementondersteuning?

Wat zijn de voorwaarden om zelfmanagement te ondersteunen bij een patiënt?

Welk model kan helpen bij het stapsgewijs ondersteunen/vergroten van het zelfmanagement?

1. Patronen van Gordon
2. 5A-model
3. ICF-model
4. Pilotenmodel

Het pilotenmodel 

Zie brightspace: ''Literatuur brightspace --> Doc 1.6..''

4 rollen:

- passagier

- stewardess

- co-piloot

- piloot 

donderdag / vrijdag maken.

Oefeningen ZMO

Beantwoord onderstaande vragen in subgroepen n.a.v. het filmpje: 

1. Welke rollen uit het pilotenmodel zie je terug bij de verpleegkundige en de patiënt? Motiveer jullie antwoord.

2. Hoe versterkt de verpleegkundige de eigen regie van de patiënt?

3. Wat zou zij nog meer kunnen doen? Motiveer jullie antwoord 

donderdag / vrijdag maken.

Oefening ZMO

Opdracht matchen adaptieve opgaven : omgaan met uitdagingen in het leven

donderdag / vrijdag maken.

uitnodigen tot eigen regie

Hoe meer invloed de zorgvrager heeft/krijgt in het zorgproces, hoe groter het vermogen om eigen keuzes te maken. 

Het werken met het verpleegkundig proces tijdens mijn stage / bijbaan vond ik:

😒🙁😐🙂😃

doel: inzicht in attitude en mogelijkheden voor aansluiting.

check aansluiting werkgroepopdrachten kennisophalen, misschien dat je werkvorm ophalen voorkennis kunt aanpassen.

Casus mw van Geel (60min)

Aanpak (lees ook kader 10.1 Wilkinson):

1. individueel: analyseren casus op aanwijzingen (arceer de tekst en vul de tabel - format Gordon- in); (20 min)
2. cluster belangrijke aanwijzingen en stel ontbrekende gegevens vast; (5 min)
3. zoek voor ieder cluster zoveel mogelijk verklaringen (schrijf op en maak keuzes); (10 min)
4. reflecteer met elkaar het proces: samenwerking, toepassen van kritisch denken en diagnostisch redeneren. Wat blijven jullie doen, waar liggen mogelijkheden voor groei?; (10 min)

Vervolg casus mw. van Geel

• Les 1.2 afronden opdracht diagnostisch redeneren;
• bewaar de uitwerkingen!
• neem je EIGEN zakboek verpleegkundige diagnosen Carpenito mee naar de les
• welke leervragen kunnen mee naar les 1.2 (benoem het nu of beschrijf het in het teamskanaal)

Afronding

1. Zijn de lesdoelen voor jou behaald?

2. Welke vragen zijn blijven liggen?

3. Wat zijn jouw tops & tips m.b.t. onderlinge samenwerking met docent en studenten naar aanleiding van deze bijeenkomst?

4. Huiswerk: zie Brightspace les verpleegkunde 1.2

Les 1.2 Verpleegkunde kennislijn

Klinisch redeneren - Chronisch zieken

Lesdoelen

- de classificatie NANDA , PES en PR-methode toepassen in het stellen van 3 verpleegkundige diagnosen met betrekking tot zelfmanagementondersteuning een casus van een persoon met een chronische aandoening (ZelCom niveau 1) (1,4,6)

-een voorbeeld geven hoe het 5a-model toe te kunnen passen in een gegeven casus (ZelCom niveau 1) van een persoon met een chronische aandoening

-uitleggen hoe de eigen regie van een persoon met een chronische aandoening in een gegeven casus (ZelCom niveau 1) , met gebruikmaking van het pilotenmodel, ondersteund kan worden door de verpleegkundige 

Agenda

• leervragen en nabespreken voorbereiding van de les
• diagnosticeren casus Mw Van Geel
• eigen regie en het 5A-model bij casus mw Van Geel 

Leervragen nabespreken voorbereiding

• overzichtstabel 5A-model inclusief toelichting, tips & valkuilen en hulpmiddelen
• review eigen mindmap
• e-college klinisch redeneren
• review mindmap verpleegkundig proces

evt hier oefenvragen ZMO gebruiken (lesson-up bestanden)

in dit verlengde liggen ook de resultaten uit het project 'Betere transitie bij jongeren met diabetes' Hun oproep aan zorgverleners (artsen en verpleegkundigen ) is: ZIE MIJ & Mijn leven is meer dan diabetes

verpleegkundig diagnosticeren 

• Fase van het verpleegkundig proces
• Oordeel over een reactie van een zorgvrager op een (potentieel) gezondheidsprobleem (binnen clientsysteem & holistisch) --> gebruik bv. modellen als ICF 
• Gestandaardiseerd (bijvoorbeeld NANDA)
• Methodisch / gestructureerd

Soorten diagnosen 

Feitelijke/actuele: duidelijk aanwezig bij anamnese 

Dreigende/risico: n.a.v. gegevens uit anamnese groot risico op ontwikkeling diagnose (PR). Enkel risicofactoren aanwezig (denk aan preventiegerichte diagnosen)

Mogelijke/hypothetische: nog te weinig info om vast te stellen, wilt niet meteen verwerpen (dus mogelijk enkel signalen aanwezig)

Welzijnsdiagnosen: wens van patiënt (wens tot verbetering van...) 

 

Opdracht diagnosticeren(45 min)

• Lees de casus van mw. van Geel en cluster de gegevens onder de patronen van Gordon 
• Stel 2 feitelijke diagnosen en 1 risicodiagnose vast
• Werk de PES/PR structuur uit volgens soort diagnose (zie blz. 82 Wilkinson)
• Label: kies een NANDA label
• Werk jullie diagnoses uit op een flap 

Hypothetische diagnose = voorlopige diagnose omdat je er nog niet zeker van bent. Je hebt meer info nodig om hem zeker vast te kunnen stellen/ 

Door het opstellen van een hypothetische diagnose zorg je ervoor dat je belangrijke diagnoses niet over het hoofd ziet (zekere voor het onzekere nemen) en onjuiste diagnoses stelt.  Je moet altijd onderzoeken of een hypothetische diagnose wel of niet kunt aannemen als actuele/dreigende diagnose. Etiologie kan onbekend zijn wanneer je een hypothetische diagnose stelt. 

PES/PE (mogelijk) 

r/t = gerelateerd aan 

zich uitend in.. (signs en symptoms)

hypothetisch: vaak geen oorzaak, maar risicofactoren

Basisstructuur PES 

P (probleem): korte omschrijving van het probleem (info haal je uit de casus) + label en definitie handboek 

E (etiologie/risicofactoren): gerelateerde/beïnvloedende factoren van het probleem --> gerelateerd aan (r/t)

S (signs & symptoms): verschijnselen, de ''bewijzen'' van het probleem --> gekenmerkt door/zich uitend in

Hypothetische diagnose = mogelijk niet vergeten en oorzaak hoeft er niet perse te zijn 

Structuur PR (bij risicodiagnose)

P (probleem --> verhoogd risico op....) korte omschrijving van het probleem (info haal je uit de casus) + label en definitie handboek 

R (risicofactoren) die mogelijk kunnen duiden op het ontwikkelen van het probleem 

Hypothetische diagnose = mogelijk niet vergeten en oorzaak hoeft er niet perse te zijn 

5A-model & casus Mw van Geel 

• beschrijf met je subgroep hoe jullie het 5a-model zouden toepassen bij mw Van Geel; 
• welke hulpmiddelen zouden jullie inzetten tijdens het doorlopen van de stappen van het 5a-model?
• welke valkuilen zou je in de casus van mw Van Geel willen voorkomen en waarom?
• blz. 48 van Staa  

flappen

laten uitwisselen of 1/2 voorbeelden nabespreken

Pilotenmodel 

Op welke manier zou mw. van Geel moeten worden ondersteund t.a.v. het verpleegprobleem als we kijken naar het pilotenmodel?

Bespreek dit met elkaar. 

flappen

laten uitwisselen of 1/2 voorbeelden nabespreken

pilotenmodel

afsluiting

• leerdoelen behaald?
• evaluatie leerproces en samenwerking
• huiswerk: zie brightspace

hieronder aanvullende afbeeldingen tbv instructie

vraag voor studenten:

-hoe kan het 5Amodel worden toegepast?

-hoe kan het zelfmanagementweb worden toegepast?

-hoe kan eigen regie worden toegepast?

:linken aan de competenties

kernwaarden mw van Geel

werkgroep 1.3 verpleegkunde kennislijn

Formatief moment

• Korte (max 5 minuten) informatieve pitch voorbereiden n.a.v. het gekregen onderwerp aan de hand van de hulpvragen
• Doel = toetsen en het geleerde delen
• Zelfmanagementspel: stellingen 

wat zegt jullie mening over jullie kennis over zelfmanagement en zelfmanagementondersteuning? heeft een bepaald perspectief jouw intuitieve voorkeur?

voor de docent: er zijn in totaal 4 enveloppen beschikbaar. Per envelop zijn er 8 setjes van dit spel beschikbaar.

korte nabespreking stellingen spel

doel ZMO

perspectieven

eigen regie