What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
getallen
Getallen
1 / 13
next
Slide 1:
Slide
This lesson contains
13 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Getallen
Slide 1 - Slide
Kies de juiste spelling van de cijfers en getallen.
Ook zijn er 14 / veertien stapelbedden.
A
14
B
veertien
Slide 2 - Quiz
Kies de juiste spelling van de cijfers en getallen.
De 23 / drieëntwintig bezoekers ontbijten elke morgen samen.
A
23
B
drieëntwintig
Slide 3 - Quiz
Kies de juiste spelling van de cijfers en getallen.
Op de 11de / elfde dag van de maand eten ze een frietje.
A
11de
B
elfde
Slide 4 - Quiz
Klik de goede spelling van de getallen aan.
A
Gelukkig lagen er nog wel meer dan 50 zakken!
B
Gelukkig lagen er nog wel meer dan vijftig zakken!
Slide 5 - Quiz
Klik de goede spelling van de getallen aan.
A
Ik ben er vanochtend om 09.00 uur meteen naartoe gegaan.
B
Ik ben er vanochtend om negen uur meteen naartoe gegaan.
Slide 6 - Quiz
Klik de goede spelling van de getallen aan.
A
Ze kosten normaal drie euro, wat ik best duur vind.
B
Ze kosten normaal 3 euro, wat ik best duur vind.
Slide 7 - Quiz
Klik de goede spelling van de getallen aan.
A
Bij 2 winkels zijn de chocopinda’s in de aanbieding.
B
Bij twee winkels zijn de chocopinda’s in de aanbieding.
Slide 8 - Quiz
Wanneer schrijf je getallen in letters?
A
tientallen tot honderd
B
jaartallen
C
data
Slide 9 - Quiz
Wanneer schrijf je getallen in letters?
een, twee, drie...
A
tientallen tot honderd
B
jaartallen
C
data
Slide 10 - Quiz
Wanneer schrijf je getallen in cijfers?
A
ronde getallen met honderd
B
ronde getallen met duizend
C
getallen vanaf twintig die niet rond zijn
Slide 11 - Quiz
Welke
getallen zijn
verkeerd
geschreven?
A
17, vijftig miljoen, 2015, 17 juli 2015
B
17, vijftig miljoen, tweeëntwintig graden, elf januari 2015
C
vijftig miljoen, tweeëntwintig graden, elf januari 2015
D
17, 6 maanden, tweeëntwintig graden, elf januari 2015
Slide 12 - Quiz
Het lesdoel: Aan het einde van de les weet ik wanneer je getallen in cijfers of letters schrijft.
Is het lesdoel behaald? Even testen...
Wanneer schrijf je cijfers in getallen?
A
gewichten, getallen vanaf 20 die niet rond zijn, jaartallen en data
B
getallen tot twintig, gewichten, getallen vanaf 20 die niet rond zijn
C
getallen tot twintig, gewichten, jaartallen en data
D
tientallen tot honderd, getallen vanaf 20, jaartalleen en data
Slide 13 - Quiz
More lessons like this
KGT2 Les 61 getallen schrijven
March 2024
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Spelling - 5.9 + 5.10 bezitsvorm + getallen
March 2024
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
KERN Les 53 en 54 getallen en afkortingen schrijven
March 2023
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Spelling: schrijfwijze van getallen - 3hv
January 2022
- Lesson with
37 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H3 Spelling H3 Getallen
March 2022
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
schrijfwijze getallen
March 2022
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H3 Spelling H3 Getallen
January 2022
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
schrijven van telwoorden
February 2023
- Lesson with
15 slides