G1VPT Lessonup week 7 17 feb grammatica en opdracht

English class today
  • Inschrijvingen schrijven Marelle, Gabriëlle en Nina
  • Grammatica
  • Schrijfopdracht 
  • document in teams: wat je deze komende nog kunt oefenen voor het schrijfexamen. Onderwerpen die ik nu niet heb kunnen behandelen
1 / 34
next
Slide 1: Slide
EngelsMBOStudiejaar 1-4

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

English class today
  • Inschrijvingen schrijven Marelle, Gabriëlle en Nina
  • Grammatica
  • Schrijfopdracht 
  • document in teams: wat je deze komende nog kunt oefenen voor het schrijfexamen. Onderwerpen die ik nu niet heb kunnen behandelen

Slide 1 - Slide

Inschrijvingen
  • Spreken/gesprekken voeren di 28 mrt (wk13) spreken 6 plekken + gesprekken voeren 2 plekken
  • inschrijven vanaf week 10

Slide 2 - Slide

Grammar
Wordorder
 present simple, past simple, present perfect

Doel:  Je kunt goede Engelse zinnen maken (woordvolgorde)

Je weet wanneer je de present simple, past simple en de present perfect moet gebruiken.


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

De woordvolgorde in een schema:

Slide 5 - Slide

PTT
Plaats voor tijd

(First) Place Then TIme

Slide 6 - Slide

zinnen met bijwoorden zoals:
already, never, ever, almost, certainly, just, obviously, 
often, probably, quite, still, usually


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

We-a present- gave-to our friend-at her birthday

Slide 9 - Open question

Darnell-eaten-has-just now-the hotdog.

Slide 10 - Open question

Zet het bijwoord op de juiste plek:
This is the best helmet. (definitely)

Slide 11 - Open question

Zet het bijwoord op de juiste plek:
We took the bus. (regularly)

Slide 12 - Open question

Zet het bijwoord op de juiste plek:
Could you check her pulse? (possibly)

Slide 13 - Open question

Zet het bijwoord op de juiste plek:
You shouldn't interrupt me. (always)

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Slide

Which tense is used?

My internship is a lot of fun.
stopwatch
00:00
A
Past continuous
B
Present continous
C
Past simple
D
Present simple

Slide 16 - Quiz

Present simple 
Signaalwoorden:

always
often
ever
sometimes
every day
never
usually
every week

Slide 17 - Slide

PRESENT CONTINOUS
Present contiNUous: gebeurt NU 
Always use this form:
1. am, is / are 
2. infinitive
3. -ing 

Example: They are working now


Slide 18 - Slide

Present Continuous signaalwoorden
Now 
Right now
As we speak
Currently
At the moment
Listen!
Look!

Slide 19 - Slide

Past simple/ present perfect
De verleden tijd (past simple) en de voltooid tegenwoordige tijd (present perfect) worden zowel in het Engels als Nederlands gebruikt. Maar er zijn verschillen.
 
Ik heb haar gisteren gezien. (voltooid tegenwoordige tijd)
I saw her yesterday. (past simple) Nooit: I have seen her yesterday. (present perfect)

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

I _____ (to know) Karim and Ahmed since I _____ (to be) a child.

Slide 23 - Open question

Between 2014 and 2016 the company _____(to upgrade) all its computers and software.

Slide 24 - Open question

We _____ (to live) in London for some time. We really like it here.

Slide 25 - Open question

Oh no! I _____ (to lose) my new smartphone!

Slide 26 - Open question

Slide 27 - Slide

Schrijfopdracht Teams G1VPT

Slide 28 - Slide

Verbeter de brief/email
Indien er tijd over is kunnen we dit nog doen.

Opdracht staat ook in teams

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Volgende week?

Slide 32 - Slide

24 feb Subjects
  • inschrijvingen spreken/gesprekken voeren 

Slide 33 - Slide

Inschrijvingen
  • schrijven: Hoe ging het examen? 
  • Spreken/gesprekken voeren di 28 mrt (wk13) spreken 6 plekken + gesprekken voeren 2 plekken
  • inschrijven vanaf week 10

Slide 34 - Slide