Spelling H1

Spelling 
Hoofdstuk 1 blz. 32 en 33

Hoofdletters en leestekens


1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Spelling 
Hoofdstuk 1 blz. 32 en 33

Hoofdletters en leestekens


Slide 1 - Slide

Hoofdletters en leestekens

Slide 2 - Mind map


  • Start met een hoofdletter.
  • Geef aan dat de zin ten einde is: 
punt, vraagteken, uitroepteken. 
Hoe begin en eindig je een zin?

Slide 3 - Slide

Welk leesteken komt hierachter?

Vind jij leestekens moeilijk

A
een punt
B
een uitroepteken
C
een vraagteken
D
niets

Slide 4 - Quiz

  • Start de zin met een hoofdletter.
  • Bij namen (alle namen, mensen, bedrijven, landen, plaatsen, aardrijkskundige namen).
  • Woorden die afgeleid zijn van aardrijkskundige namen.
Wanneer een hoofdletter?

Slide 5 - Slide

Kloppen de hoofdletters in deze zin?

'S ochtends moet Tim vroeg opstaan.
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quiz

De plaatsnaam zet je in
A
kleine letters
B
hoofdletters
C
alleen eerste letter hoofdletter

Slide 7 - Quiz

Hoe schrijf je de naam van de maand?
A
Eerste letter met een hoofdletter
B
Helemaal in kleine letters
C
Eerste en laatste letter met een hoofdletter
D
Helemaal in hoofdletters

Slide 8 - Quiz



Let op:

- Geen hoofdletter bij namen van dagen, maanden, seizoenen en windstreken.

Slide 9 - Slide

Wat is goed?
(niet aan het begin van de zin)
A
in het Noordoosten
B
in het noordoosten
C
in het NoordOosten
D
in het noordOosten

Slide 10 - Quiz

Wat is goed?
(niet aan het begin van de zin)
A
Zuid-Limburg
B
zuid-Limburg
C
zuid-limburg
D
Zuid Limburg

Slide 11 - Quiz

Punt, vraagteken, uitroepteken, komma

- We voetballen vanavond niet.

- Wat vind je van mijn nieuwe broek?

- Dat is geweldig!
Leestekens

Slide 12 - Slide

In welke zin zijn de hoofdletters en leestekens juist geplaatst?


A
Woon jij in Den helder of in Schagen?
B
Woon jij in Den Helder of in Schagen.
C
Woon jij in Den Helder of in Schagen?
D
Woon jij in Den helder of in Schagen.

Slide 13 - Quiz

Aan de slag
Maak opdracht 1 t/m 4 en 6 op blz. 32 en 33.
Je mag ook online werken.

Klaar?
Nakijken en verbeteren met een andere kleur.
Werken aan literatuurdossier.

Slide 14 - Slide