TA6 spelling 4.2.6 woorden met -ig
1 / 23
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Maak het woord af.
Schrijf het hele woord op.
Slide 4 - Open question
Maak het woord af.
De behend... Layla maakt een doelpunt.
Slide 5 - Open question
Maak het woord af.
Schrijf het hele woord op.
Slide 6 - Open question
Maak het woord af.
Schrijf het hele woord op.
Slide 7 - Open question
Maak het woord af.
De len... Mona.
Slide 8 - Open question
Maak het woord af.
Schrijf het hele woord op.
Slide 9 - Open question
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
typ het woord wat je net zag foutloos
Slide 12 - Mind map
Slide 13 - Slide
typ het woord wat je net zag foutloos
Slide 14 - Mind map
Slide 15 - Slide
typ het woord wat je net zag foutloos
Slide 16 - Mind map
Slide 17 - Slide
typ het woord wat je net zag foutloos
Slide 18 - Mind map
Slide 19 - Slide
typ het woord wat je net zag foutloos
Slide 20 - Mind map
Slide 21 - Slide
typ het woord wat je net zag foutloos
