kommagetallen_IVI

HERHALING: 
Waarde van cijfers in getallen en decimale getallen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

HERHALING: 
Waarde van cijfers in getallen en decimale getallen

Slide 1 - Slide

de waarde van getallen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Kijk goed naar het rode cijfer in de getallen.
Schrijf de rang en waarde op.
19,1

Slide 4 - Open question

Kijk goed naar het rode cijfer in de getallen.
Schrijf de rang en waarde op.
1.346,1

Slide 5 - Open question

Kijk goed naar het rode cijfer in de getallen.
Schrijf de rang en waarde op.
1.346,14

Slide 6 - Open question

Kijk goed naar het rode cijfer in de getallen.
Schrijf de rang en waarde op.
1.346,354

Slide 7 - Open question

Kijk goed naar het rode cijfer in de getallen.
Schrijf de rang en waarde op.
1.346,54

Slide 8 - Open question

Hoe spreken we het uit?

0,09
A
9
B
9 honderdsten
C
9 tienden

Slide 9 - Quiz

Hoe spreken we het uit?

0,2
A
2 tienden
B
2 hondersten
C
2

Slide 10 - Quiz

Hoe spreken we het uit?

0,96
A
96
B
96 tienden
C
96 honderdsten

Slide 11 - Quiz

Hoe spreken we het uit?

0,42
A
42 honderdsten
B
42
C
42 tienden

Slide 12 - Quiz

Schrijf op als kommagetal.

Slide 13 - Open question

Schrijf op als kommagetal.
zestien en zestienhonderdste

Slide 14 - Open question

Klik op het juiste antwoord!
33 en honderdtwaalfdduizendste
A
33,012
B
33,12
C
33,112
D
112,33

Slide 15 - Quiz

Wat komt er na 1,7?

Slide 16 - Open question

Wat komt er voor 2,3?

Slide 17 - Open question

Is 2,3 hetzelfde als 2,33 ?
A
ja
B
nee

Slide 18 - Quiz

Is 0,7 hetzelfde als 0,70 ?
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quiz

2,3 is meer dan 2,33 ?
A
ja
B
nee

Slide 20 - Quiz

Waar staat 0,8?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 21 - Quiz

Waar staat 1,24?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 22 - Quiz