Disk Thema 18 taak 3

Welke woorden van het thema
"toekomst" weet je al?
1 / 28
next
Slide 1: Mind map
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welke woorden van het thema
"toekomst" weet je al?

Slide 1 - Mind map

Wat gaan we vandaag doen?
- Woorden van thema 18 oefenen.
- Taak 4
- Lezen op 1F
- LessonUp




Slide 2 - Slide

Maak zelf een zin met 1 van de woorden van thema 18.

Slide 3 - Open question

Maak een zin met 1 van de woorden van thema 18.

Slide 4 - Open question

Maak een zin met 1 van de woorden van thema 18.

Slide 5 - Open question

De betekenis van "het klimaat" is...
A
dat het vandaag mooi weer is.
B
dat het vaak regent in Nederland.
C
het gemiddelde weer over een bepaalde periode in een land.
D
het gemiddelde weer in de wereld.

Slide 6 - Quiz

Als iets definitief is...
A
dan kun je het nog veranderen.
B
dan kun je het niet meer veranderen.
C
dan wil je het graag veranderen.
D
dan wil iemand iets weten.

Slide 7 - Quiz

Noem een eigenschap van jezelf.

Slide 8 - Open question

Vervoeg het werkwoord
"afspreken"

Slide 9 - Open question

Het tegenovergestelde van negatief is...
A
voordeel
B
nadeel
C
beter
D
positief

Slide 10 - Quiz

Vervoeg het werkwoord veranderen

Slide 11 - Open question

Huiswerk
Maak oefening 1 t/m 6 uit het oefenboek. 

Doel:
Ik leer de woorden die horen bij het thema "Toekomst"

Slide 12 - Slide

Ik zie jullie om 9.20 uur weer.

Slide 13 - Slide

DISK
- Open Disk en zoek taak 4.
- Wat denk jij dat je in de toekomst doet? Of wat zou je graag willen? 
Vul dit in, in de kaders en druk op bewaar. 

Slide 14 - Slide

DISK
- Ga nu verder met Taak 5.
Schrijf een verhaal met de dingen die je net bij taak 4 opgeschreven hebt. 
Je hoeft niet alles te gebruiken. 

Slide 15 - Slide

Huiswerk
- Taak 4 en 5.
- Lezen op 1F bij thema 18.

Slide 16 - Slide


luister naar het woord

Slide 17 - Open question


luister naar het woord

Slide 18 - Open question

geen enkele keer, op geen enkel moment

A
misschien
B
nee
C
niet
D
nooit

Slide 19 - Quiz

de tijd die nog moet komen, alles wat nog moet
komen

Slide 20 - Open question


luister naar het woord

Slide 21 - Open question

gevoel dat je hebt als je blij bent met wat je hebt of
hebt gedaan
A
graag
B
goed
C
tevreden
D
bedankt

Slide 22 - Quiz

wat is goed?
A
het geluid
B
de geluit
C
de geloud
D
het geluit

Slide 23 - Quiz


luister naar het woord

Slide 24 - Open question


luister naar het woord

Slide 25 - Open question

niet meer weten, niet meer herinneren
A
vertrekken
B
vergeten
C
veranderen
D
verdienen

Slide 26 - Quiz


luister naar het woord

Slide 27 - Open question

Tot straks!

Slide 28 - Slide