H5



             Timer klaar =
klaarzitten om te luisteren ;)     
timer
1:00
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson



             Timer klaar =
klaarzitten om te luisteren ;)     
timer
1:00

Slide 1 - Slide

timer
10:00

Slide 2 - Slide

De laatste maanden...
- rep Hoofdstuk 5
- tweede tekstje schrijven (samen SO-cijfer)
- SO spelling & Form

Slide 3 - Slide

Rep hoofdstuk 5:
op deze toets moet je...
- weten wanneer je wel/geen hoofdletter gebruikt (§Spelling)
- weten wanneer je aanhalingstekens gebruikt en met welke andere leestekens je ze combineert (§Spelling)
- persoonsvormen goed kunnen spellen (§Werkwoordspelling)
- weten hoe zinnen worden opgebouwd (§Formuleren)
- kunnen variëren in zinslengte (§Formuleren)
- kunnen beoordelen of een tekst betrouwbaar is (§Lezen)

Slide 4 - Slide

Welk woord schrijf je NIET met een hoofdletter?
A
zuid-frankrijk
B
franse wijn
C
het zuiden
D
frans

Slide 5 - Quiz

Bij welke naam zijn de hoofdletters juist geschreven?
A
E.D. Van der Heijde
B
van der Heijde
C
mevrouw Van der Heijde
D
mevrouw van der Heijde

Slide 6 - Quiz

Hoeveel hoofdletters moeten er in de volgende zin?
omdat wij een christelijke school zijn, wordt er elke dag een stukje uit de bijbel gelezen waarin hij een wonder verricht
A
twee
B
drie
C
vier
D
vijf

Slide 7 - Quiz

De docent vroeg naar mijn vakantie. 's avonds vlogen we weer terug naar schiphol, vertelde ik haar.

Waar komt de hoofdletter aan het begin van zin 2?
A
'S avonds
B
's Avonds
C
'S Avonds
D
's avonds

Slide 8 - Quiz

timer
1:00
timer
10:00

Slide 9 - Slide

Wanneer gebruik je de dubbele punt? Noem er meerdere, als je ze nog weet

Slide 10 - Open question

Bedenk een zin waarin je de directe rede gebruikt.

Slide 11 - Open question

Schrijf dezelfde zin op
in de indirecte rede.

Slide 12 - Open question

De docent vroeg naar mijn vakantie. 's avonds vlogen we weer terug naar schiphol, vertelde ik haar.

Kopieer en plak de zin en vul hem aan met de juiste hoofdletters en leestekens.

Slide 13 - Open question

Wat is het betekenisverschil tussen zin 1 en zin 2?
1: Ingeborg gaf de koning een hand.
2: Ingeborg gaf De Koning een hand.

Slide 14 - Open question

Aan de slag!
Maak opdracht 1 en 2 van §Spelling van H5 (blz. 155?)
Hulp nodig? Check de theorie in je boek of de pdf op Classroom, steek je vinger op of vraag het fluisterend aan degene naast je.
Klaar? Maak de startopdracht en opdracht 1 van de
volgende blz. (werkwoordspelling)

Slide 15 - Slide



             Timer klaar =
stil lezen     
timer
1:00

Slide 16 - Slide

timer
10:00

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Hoe kun je herkennen of
een tekst betrouwbaar is?

Slide 19 - Mind map

Aantekening: Betrouwbaarheid
  • Kijk naar de bron zelf --> Grote / bekende krant of website is betrouwbaar. Zoek anders meer info.
  • Bedenk wat het doel is van de schrijver / het bedrijf.
  • Heeft de schrijver of zijn bronnen er verstand van?
  • Publicatiedatum: is het artikel actueel? En/of: wat speelde er rond die datum?

Slide 20 - Slide

Aan de slag!
Maak de startopdracht, opdracht 1 en 3.
Vragen? Stel ze fluisterend aan degene naast je.
Start & 1 kijken we na vijf min. na. Opdracht 3 is huiswerk.
Klaar met alledrie de opdrachten? Maak ook opdracht 4.
timer
5:00

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide