This lesson contains 18 slides, with text slides and 3 videos.
Lesson duration is: 90 min
Items in this lesson
Eten
Slide 1 - Slide
8.1 Voeding
Waarvoor heb je voedsel nodig?
Wat doen voedingsstoffen in je lichaam?
Hoeveel energie heb je nodig?
Wat staat er in een voedingsmiddelentabel?
Slide 2 - Slide
Voedingstoffen
Voedingsmiddelen is alles wat je eet en drinkt.
In voedingsmiddelen zitten voedingsstoffen:
Eiwitten
Koolhydraten (suiker, zetmeel)
Vetten
Mineralen (bv. Natrium, calcium, IJzer)
Vitaminen (bv. Vitamine C. D. B)
Water
Slide 3 - Slide
De functie van voedinsstoffen
Brandstoffen: energieke stoffen Koolhydraten, vetten en eiwitten zijn brandstoffen. Je lichaam gebruikt altijd eerst koolhydraten, daarna vetten en als beide op zijn gaat het eiwitten gebruiken
Bouwstoffen: Eiwitten, vetten, mineralen en water.
Beschermende stoffen
Slide 4 - Slide
Energiebehoefte
Activiteit: Hoe meer je beweegt, hoe meer energie je nodig hebt.
Leeftijd: tieners hebben meer energie nodig dan kleinere kinderen
Geslacht: mannen hebben meer energie nodig dan vrouwen
Slide 5 - Slide
Voedingsmiddelentabel
Als je precies wilt weten weten welke voedingsstoffen er in een bepaald voedingsmiddelen zitten dan kijk je op een voedingsmiddelentabel. Die staat vaak op de achterkant van een product.
Slide 6 - Slide
8.2 Gezond eten
Wanneer eet je gezond?
Wat is gezond eten?
Wat zijn eetstoornissen?
Hoe ontstaat tandbederf?
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
De schijf van 5
Groente en fruit: Vitaminen, mineralen, koolhydraten en voedingsvezels
Smeer- en bereidingsvetten: vetten en vitaminen
Zuivel (melkproducten), noten, vis, peulvruchten, vlees en ei: Eiwitten, vitaminen en mineralen
Brood, graanproducten en aardappelen: zetmeel, vitaminen en voedingsvezels
Dranken leveren water
Slide 9 - Slide
Wat is ongezond eten?
Te eenzijdig: te vaak dezelfde voedingsmiddelen eten
Te vaak vet: Te veel en vaak vet eten is ongezond. Je krijgt dan cholesterol in je bloed.
Te veel koolhydraten en vetten: Als je meer eet dan je nodig hebt dan gaat je lichaam het opslaan als reservestof. Hierdoor krijg je overgewicht.
Slide 10 - Slide
Eetstoornissen
Anorexia: lijnziekte, mensen met deze ziekte kunnen niet stoppen met afvallen.
Boulimia: deze mensen hebben last van vreetbuien. Daarna krijgen ze spijt en gaan ze overgeven.
Slide 11 - Slide
Onderdelen tanden
Glazuur: Buitenste laag van je tanden en kiezen. Glazuur is erg hard en beschermt je gebit tegen beschadigingen.
Tandbeen is de laag onder het glazuur.
Cement is het laagje tussen het tandbeen en het tandvlees.
Slide 12 - Slide
Tandbederf
Als je vaak zoete voedingsmiddelen eet, kun je last krijgen van tandbederf: gaatjes in je tanden of kiezen.
Je krijgt gaatjes doordat bacteriën in je mond de suikers omzetten in een zuur. Dat zuur lost je glazuur en tandbeen op. Hierdoor krijg je pijn aan je tand en kies.
Slide 13 - Slide
8.3 Verteringsstelsel
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Tanden
Snijtanden: met je snijtanden bijt je happen van het voedsel af
Hoektanden: Met je hoektanden houd je voedsel vast als je een hap neemt
Kiezen: met je kiezen maal je het voedsel fijn Het is belangrijk om goed te kauwen en het voedsel goed te mengen met speeksel