Module 1B, les 2 (week 5); pijn en medicatie

Triage DA1 BOL
Module 1B, (week 5) les 2 2024-2025
Herhaling vorige les
Pijn en pijnmedicatie
                                                            R. Koops
1 / 28
next
Slide 1: Slide
TriageMBOStudiejaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Triage DA1 BOL
Module 1B, (week 5) les 2 2024-2025
Herhaling vorige les
Pijn en pijnmedicatie
                                                            R. Koops

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het eind van de les kan je:
  • De verschillende pijnstillingsgroepen benoemen
  • De namen van de medicamenten koppelen aan de medicijngroepen
  • Het verschil tussen een opioïd en niet-opioïd noemen
  • Benoemen wat opioïden zijn.



Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn tekenen van uitdroging?
A
het kind plast een halve dag niet
B
het kind drinkt maar een kwart van normaal
C
het kind geeft over
D
het kind heet diarree

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een reden voor een spoedconsult bij koorts?
A
sterk verminderde weerstand
B
dehydratie
C
zieke indruk van het kind
D
kreunen

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Met welke vraag kom je er achter of er sprake is van meningeale prikkeling?
A
Bent u kortademig?
B
kwijlt u?
C
Bent u nekstijf?
D
Bent u ziek?

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

bekende kinderinfectieziektes
 Hebben een “typisch beloop”:​

- Bepaalde duur​
  Bepaalde koortshoogte​
  Bepaalde soort huiduitslag​

(BMR) Bof, mazelen, rode hond​
Waterpokken​
Vijfde en zesde ziekte​
Roodvonk​ 








Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Rode hond (virus)
* Milde koorts, matig ziek
*Vlekkerige, rozerode huiduitslag, beginnend in gezicht, snel uitbreidend naar bovenlijf, armen, benen. 
* Bij oudere kinderen/ volwassenen griepachtige verschijnselen + opgezette lymfeklieren achter oor en in nek. * Gewrichtspijn, vooral bij oudere meisjes en vrouwen.​

Pas op: zwangeren!

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Waterpokken (virus)
- 2 dagen milde koorts
-  Verkoudheid
- Huiduitslag met bultjes​

- Jeuk​
- Verspreid over hele lichaam (romp/gezicht)​
- Bultjes → blaasjes → korstjes​
- Let of infecteren blaasjes → littekens​
- Handen wassen/nagels kort/niet krabben​
- Besmettelijk zolang blaasjes niet ingedroogd
Pas op: pasgeborenen!​





Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Vijfde ziekte
- Lichte koorts​

- Huiduitslag: grote rode vlekken, in elkaar overlopend begin in gezicht, uitbreidend naar armen/benen​
- Nauwelijks ziek​
- Bijna geen complicaties
​- Kinderen: 5 – 15 jaar​

Pas op: Zwangeren!



Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Zesde ziekte
- 3 tot 5 dagen hoge koorts​

- Hangerig 
- Huiduitslag: Kleine lichtroze vlekjes gezicht/romp​
- Geen jeuk​
- Kinderen 6 maanden – 3 jaar​


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Roodvonk (bact)
- Hevige keelpijn​, buikpijn, braken
- 3-5 dagen koorts

- Rozerode kippenvelachtige uitslag (buik)​
- Aardbeientong​
- Bleekheid rond mond​
- Vlinderexantheem (uitslag in gezicht in vorm vlinder)​






Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

Rotavirusinfecties worden gekenmerkt door een trias van plotseling opkomende diarree, koorts en braken.

Bij huiddifterie ontstaan er zweren in de huid.

Polio
Meestal griepachtige verschijnselen. Soms hersenvliesontsteking en verlamming van armen, benen, slik- of ademhalingsspieren

Hib- influenza
Pijn en medicatie. Wat heb je nodig?
  • Geneesmiddelenkennis:  H.3
  • Triagewijzer: Pijnbeoordeling en pijnbehandeling


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Acute - en chronische pijn
Acute pijn
  • Oorzaak (vaak) duidelijk
  • Behandeling op basis van klachten
  • (Vaak) goede reactie op pijnstillers

Chronische pijn
  • Lange tijd, oorzaak niet altijd duidelijk
  • Behandeling op basis van klachten en oorzaak
  • Medicatie 'op de klok' 
  • Wanhoop, veel ziekenhuisbezoeken
  • Acupunctuur, ingrepen, zenuwblokkade, hypnose, kalmeringsmiddelen, antidepressiva etc.

Slide 14 - Slide

Chronisch: reuma: behandeling pijnstiller en ontstekingsremmer. 

Op de klok: vaste tijden innemen, ter voorkoming van zeer hevige pijn waarvoor pijnstillers niet meer werken. Gevaar is dat pijn niet meer waargenomen wordt, waardoor de patiënt zich overbelast
Pijn - algemeen
  • Persoonlijke beleving 
  • Signaalfunctie  
  • Langdurige pijn > signaalfunctie verdwijnt


Hoofdstuk 3 van geneesmiddelenkennis

Slide 15 - Slide

Angst voor pijn en dood hebben invloed op wijze hoe pijn wordt verdragen, Bijv. kiespijn en podb

Pijn heeft een signaalfunctie; er is iets mis. Na lange tijd pijn verdwijnt deze signaalfunctie. 

Slide 16 - Slide

Persoonlijke beleving checken binnen triage:

VRS, NRS en gedragsschaal (pagina 15 in je boek)
Gebruik een combinatie - dit moet wel overeenkomen met elkaar.
Een pijncijfer 9, maar nog wel gewoon aan het werk zijn is natuurlijk gek.....

- VRS - verbal rating scale - geef
   woorden  aan je pijn
- NRS - numeric rating scale - geef de
   pijn een cijfer
- Gedragsschaal - wat doet iemand nog
  met/ondanks de pijn? 

HOE VRAAG JE DIT UIT??
Welk cijfer op de pijnladder hoort bij lichte pijn?

Slide 17 - Open question

1-4 = lichte pijn
5-7 = matige pijn
8 > = hevige pijn
Vanaf wanneer/welk cijfer spreken we van hevige pijn?

Slide 18 - Open question

Vanaf een 8 of hoger 
Let op, dit moet natuurlijk wel ook gecontroleerd worden met de VRS en Gedragsschaal 

Iemand die een 8 aangeeft en wel alle dagelijkse activiteiten nog doet heeft vermoedelijk geen hevige pijn
Dosering voor kinderen
- Zoek in je digitale triagewijzer of in je boek eens het schema op van de dosering PCM voor kinderen en bekijk dit eens rustig
- Snap je hoe dit werkt?

- Hoeveel PCM mag Klaasje hebben per dag? Klaasje weegt bijna 14 kg. 

Slide 19 - Slide

triagewijzer ; Pijnbeoordeling en pijnbehandeling

13-14 kg --> 4x per dag 8 ml drank van 24 mg/ml OF 3x per dag 1 tablet van 250 mg OF 3x per dag een zetpil van 240 mg. 
Pijnstilling volgorde 
Stap 1: PCM                     (OTC)
Stap 2: NSAID                (OTC)
Stap 3: PCM + NSAID  (OTC)
Stap 4: Tramadol         (Op recept)
Stap 5: Opiaat               (Op recept)

Slide 20 - Slide

triageboek; typ pijn in.
NSAID’s (zoals ibuprofen, diclofenac en naproxen) zijn zonder recept, onder verschillende namen, bij apotheek en drogist verkrijgbaar.
Pijnstillers (analgetica)
Niet-opioïden
  • 'Gewone' pijnstillers
  • Meeste OTC
  • Lichte tot matige pijn (pijnscore 0 t/m 7 - TRG wijzer)
  • Pijnstillend, koorts dempend en soms ontstekingsremmend

Opioïden
  • Sterke pijnstillers
  • Uitsluitend op recept (opiumwetrecept)
  • Hevige pijn (pijnscore 8 en hoger) én onvoldoende effect van niet-opioïden
  • Bijwerking: Obstipatie, suf en ademhalingsproblemen, gewenning

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Niet-opioïden
  • Paracetamol (STAP 1)
  1.  Pijnstillend en koorts dempend
  2. Geen bijwerkingen of allergieën
  3. Geen interacties of contra-indicaties
  4. Toxisch: chronisch gebruik of vergiftiging >  schade aan lever.
    Risicofactoren: hoge leeftijd, combi met NSAID, laag gewicht/slecht eten, nierfunctiestoornissen, >4 glazen alcohol per dag

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Niet-opioïden
  • NSAID's (STAP 2 en combi PCM/NSAID = STAP 3)
  1. Remmen vorming van prostaglandinen
  2. Pijnstillend, koortsdempend en ontstekingsremmend
  3. Bijwerking: maagklachten > maagzweer (maagbeschermer = preventie)
  4. Interactie met antistolling! 
  5. Acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium, diclofenac, ibuprofen en naproxen

Slide 23 - Slide

Prostaglandinen: stofjes die vrijkomen als weefsels beschadigd zijn en deze beschadiging doorgeven aan zenuwstelsel = pijnbeleving

Sommige NSAID OTC in lage dosering
Opioïden
  • Vallen onder opiumwet, gezien verslavingsrisico
  •  Hevige pijn
  • Fentanyl en morfine

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Welk kenmerk past bij het medicijn ibuprofen?

A
Pijnstiller
B
Koortsverlagend en ontstekingsremmend
C
Pijnstiller en koortsverlagend
D
Pijnstiller, ontstekingsremmer en koortsverlager

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een bijwerking van een NSAID?

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

Met welk middel is er een interactie met een NSAID?
A
Opioïd
B
Niet-opioïd
C
Antistolling
D
DMARD's

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Afsluiting
Huiswerk:
- Pijn en Pijnbestrijding
- Opdracht pijn

Medilect: Pijn beoordeling en bestrijding
MBO-leren: pijn (theorie)

Volgende les: Pijn thorax en hartkloppingen

Slide 28 - Slide

This item has no instructions