franse ontkenningen

je hebt in het frans meerdere ontkenningen:
- Ne … jemais - nooit
- Ne … rien - niets
- Ne … plus - niet meer
-Ne … pas encore – nog niet
-ne ... pas- niet

1 / 15
next
Slide 1: Slide
Middelbare school

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

je hebt in het frans meerdere ontkenningen:
- Ne … jemais - nooit
- Ne … rien - niets
- Ne … plus - niet meer
-Ne … pas encore – nog niet
-ne ... pas- niet

Slide 1 - Slide

hoe gebruik je de ontkennende vorm?
je zet altijd voor het werkwoord ne, en achter het werkwoord komt de soort ontkenning.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

wat als het werkwoord begind met: a e o i u h?

als het werkwoord met a e o i u of h begind, verandert de ne in n'.
bijvoorbeeld: hij woont in parijs - il Habite á paris. 
word: hij woont niet meer in parijs - il n' habite á paris. 

Slide 4 - Slide

maak de zin 'je suis malade' ontkennend, met de vorm: niet

Slide 5 - Open question

maak de zin 'je cours' ontkennend, met de vorm: niet meer

Slide 6 - Open question

maak de zin 'je dors' ontkennend met de vorm: nog niet

Slide 7 - Open question

wat is de franse ontkenning van 'nooit'
A
ne ... jemais
B
ne ... plus
C
ne ... rien
D
ne ... pas encore

Slide 8 - Quiz

wat is de franse ontkenning van 'niet meer'
A
ne ... jemais
B
ne ... plus
C
ne ... rien
D
ne ... pas encore

Slide 9 - Quiz

wat is de franse ontkenning van 'nog niet'
A
ne ... jemais
B
ne ... plus
C
ne ... rien
D
ne ... pas encore

Slide 10 - Quiz

ontkenning met c'est en il y a
c'est - ce n'est pas - het is niet
il y a - il n'y a pas - er is geen

Slide 11 - Slide

maak de zin 'c’est soigné ici' ontkennend met de vorm: c'est

Slide 12 - Open question

maak de zin 'il y a un cookie' ontkennend met de vorm: il y a

Slide 13 - Open question

noem alle ontkenningen

Slide 14 - Mind map

maak de zin 'Je suis là' ontkennend' met de vorm: pas encore

Slide 15 - Open question