quiz verwering en erosie en sedimentatie

In het linkerplaatje is
het dal ontstaan
door riviererosie
A
Juist
B
Onjuist
1 / 39
next
Slide 1: Quiz
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

In het linkerplaatje is
het dal ontstaan
door riviererosie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 1 - Quiz

Het V-dal ontstaat als gevolg van erosie door gletsjers
A
Juist
B
Onjuist

Slide 2 - Quiz

Erosie door rivieren gaat het snelst in
A
Hooggebergte
B
Middelgebergte
C
Heuvelland
D
Laagland

Slide 3 - Quiz


Stenen breken in stukken als gevolg van
A
Hoge temperaturen boven de 30 graden
B
Lage temperaturen onder de -10 graden
C
Een groot temperatuurverschil tussen de zomer en de winter
D
Een groot temperatuurverschil tussen de dag en de nacht

Slide 4 - Quiz

Waarom vind je in Nederland alleen grotten in Zuid-Limburg?
A
In Zuid-Limburg valt meer neerslag dan in de rest van Nederland
B
In Zuid-Limburg bevindt zich kalksteen in de grond
C
In Zuid-Limburg is het regenwater zuurder
D
In de rest van Nederland komt geen verwering voor

Slide 5 - Quiz

Mechanische of chemische verwering?
De vorming van karstgebieden
A
Mechanische verwering
B
Chemische verwering

Slide 6 - Quiz

Mechanische of chemische verwering?
Biologische verwering
A
Mechanische verwering
B
Chemische verwering

Slide 7 - Quiz

Mechanische of chemische verwering?
Het ontstaan van kleine putjes in beelden op een kerk
A
Mechanische verwering
B
Chemische verwering

Slide 8 - Quiz

Mechanische of chemische verwering?
Vorstverwering
A
Mechanische verwering
B
Chemische verwering

Slide 9 - Quiz

Goed of fout?
Grind ontstaat bij erosie door rivierwater
A
Goed
B
Fout

Slide 10 - Quiz

Goed of fout?
Rivieren spelen een grote rol bij het plooien van gesteente
A
Goed
B
Fout

Slide 11 - Quiz

Goed of fout?
Alleen de snelheid van een helling bepaalt hoe gesteente naar beneden zal bewegen
A
Goed
B
Fout

Slide 12 - Quiz

Goed of fout?
Zwaartekracht is een massabeweging
A
Goed
B
Fout

Slide 13 - Quiz

Goed of fout?
Het vooruitschuiven van een gletsjer is een massabeweging
A
Goed
B
Fout

Slide 14 - Quiz

Goed of fout?
Door massabewegingen ontstaan V-dalen
A
Goed
B
Fout

Slide 15 - Quiz

Goed of fout?
Na massabewegingen zal het materiaal gaan verweren
A
Goed
B
Fout

Slide 16 - Quiz

Goed of fout?
Bij massabewegingen kan het materiaal schuiven, rollen en vallen
A
Goed
B
Fout

Slide 17 - Quiz

Erosie of verwering?
De bergtop is erg puntig; er is vorig jaar nog een rotsblok vanaf gevallen
A
Erosie
B
Verwering

Slide 18 - Quiz

Erosie of verwering?
Het rivierdal wordt jaarlijks enkele centimeter dieper
A
Erosie
B
Verwering

Slide 19 - Quiz

Erosie of verwering?
De helling onder die bergtop ligt bezaaid met kleine stenen
A
Erosie
B
Verwering

Slide 20 - Quiz

Erosie of verwering?
Hoe meer spleten het gesteente bevat, des te sneller verslijt de steen
A
Erosie
B
Verwering

Slide 21 - Quiz

Erosie of verwering?
De stenen zijn helemaal afgerond door de wind die erlangs gaat
A
Erosie
B
Verwering

Slide 22 - Quiz

Erosie of verwering?
In hooggebergte verloopt dit proces op een heel andere manier dan in heuvelland
A
Erosie
B
Verwering

Slide 23 - Quiz

Lees de zinnen. Welke is/zijn juist?
A
Water dat bevriest, krimpt in
B
Water dat ontdooit, zet uit
C
Stenen die afkoelen, krimpen in
D
Stenen die opwarmen, zetten uit

Slide 24 - Quiz

Wat zijn voorbeelden van verwering?
Meer antwoorden zijn mogelijk
A
Een plantenwortel die zich in een spleet van een steen wringt
B
Een rots die door zandstormen is afgeslepen
C
IJzerdeeltjes in gesteente die gaan roesten
D
Een rivierbedding die wordt uitgeschuurd

Slide 25 - Quiz

Bij welke letter
vindt de minste
chemische
verwering plaats?
A
A
B
B
C
E
D
F

Slide 26 - Quiz


Bij welk klimaat is
de kans groot dat het
gesteente verweert
door het oplossen in
water
A
1
B
2
C
3

Slide 27 - Quiz

Waar is de meeste erosie?
A
Bovenloop
B
Benedenloop
C
Middenloop

Slide 28 - Quiz

Wat sedimenteert eerst?
A
Lichtere sedimenten (zand en klei)
B
Zware sedimenten (grind en grof zand)

Slide 29 - Quiz

Sedimentatie komt vooral voor in de .....
A
Benedenloop
B
Bovenloop

Slide 30 - Quiz

De overgang van hooggebergte naar laagland, hoort bij ....
A
Bovenloop
B
Benedenloop
C
Middenloop

Slide 31 - Quiz

Waar stroomt het water het snelst?
A
Middenloop
B
Benedenloop
C
Bovenloop
D
Achterloop

Slide 32 - Quiz

In de bovenloop zijn de hoogteverschillen groot, vandaar een hoge stroomsnelheid en erosie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 33 - Quiz

De plek waar een rivier de zee in stroomt is deel van ...
A
De bovenloop
B
De benedenloop
C
De middenloop
D
Een U-dal

Slide 34 - Quiz

Het neerleggen van materiaal als de transportsnelheid van water, wind of ijs afneemt, noemen we ...
A
Verwering
B
Erosie
C
Sedimentatie

Slide 35 - Quiz

Het uiteenvallen van hard gesteente onder invloed van weer en de werking van planten, noemen we ...
A
Verwering
B
Erosie
C
Sedimentatie

Slide 36 - Quiz

Het uitschuren van materiaal door water, wind en ijs
A
Verwering
B
Erosie
C
Sedimentatie

Slide 37 - Quiz


A
Dit is een oud gebergte
B
Dit is een jong gebergte

Slide 38 - Quiz


A
Dit is een jong gebergte
B
Dit is een oud gebergte

Slide 39 - Quiz