Procenten mavo 2

Welkom bij economie
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Welkom bij economie

Slide 1 - Slide

Procenten

Slide 2 - Slide

Waar kom jij
percentages tegen?
& wat zijn procenten?

Slide 3 - Mind map

Met procenten rekenen
- Hoeveel is 100% ?
- Terug rekenen naar 1%
- Keer het aantal procent

Slide 4 - Slide

Formule:
   Aantal        
                               ---------------- x percentage
  100

Slide 5 - Slide

Voorbeeld:
Jorn heeft €30 zakgeld per maand, 35% hiervan geeft hij uit aan eten bij de Jumbo.

Hoeveel euro geeft hij uit bij de Jumbo aan eten?

Slide 6 - Slide

Voorbeeld:
Jorn heeft €30 zakgeld per maand, 35% hiervan geeft hij uit aan eten bij de Jumbo.

Wat is 100%? --> €30

We willen weten wat 35% is van €30.

Slide 7 - Slide



Invullen in de formule:

€30
-----  x 35% = €10,50
100%


Verhoudingstabel:

€30      |     €0,30    |     €10,50
------------------------------
100%   |     1%          |     35%

Slide 8 - Slide

Meike heeft 15 paar schoenen, 60% van de schoenen zijn sneakers. Hoeveel sneakers heeft ze?
A
25 sneakers
B
6 sneakers
C
15 sneakers
D
9 sneakers

Slide 9 - Quiz

Melvin heeft €80, 15% gebruikt hij om zijn telefoonabonnement te betalen.
Hoe duur is het abonnement?
A
€12
B
€68
C
€75
D
€15

Slide 10 - Quiz

Voorbeeld:
Kevin koopt een broek van € 70, maar hij krijgt 25% korting. Hoeveel moet hij betalen? 

Slide 11 - Slide

Voorbeeld:
Kevin koopt een broek van € 70, maar hij krijgt 25% korting. Hoeveel moet hij betalen? 

1. Hoeveel is 100%?
2. Hoeveel is 1%?
3. Hoeveel is 25%?
4. Hoeveel moet hij betalen?

Slide 12 - Slide

Kevin koopt een broek van € 70, maar hij krijgt 25% korting. Hoeveel moet hij betalen? 
  1.  Hoeveel is 100%?  -> €70
  2.  Hoeveel is 1%? -> €0,70
  3.  Hoeveel is 25%? -> €17,50
  4.  Hoeveel moet hij betalen? -> €70 - €17,50 = €52,50

Slide 13 - Slide

Percentage berekenen
Formule:

Deel/geheel * 100

Slide 14 - Slide

stel jezelf altijd de vraag:
1. Wat is het deel?
2. Wat is het geheel?

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

De AH geeft 25% korting op de sinaasappels. Een net sinaasappels kost €5 voor de korting. Hoeveel moet je afrekenen bij de kassa?

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Video

Het percentage bereken

DEEL / GEHEEL x 100

Slide 19 - Slide

Thomas verkoopt appels. In een krat zitten 50 appels. 2 van de appels zijn rot. Hoeveel procent van de appels is rot?

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Video

Procentuele verandering

(Nieuw - oud)/oud x 100

Slide 22 - Slide

Thomas verkocht vorig maand 1.200 appels. Deze maand verkocht hij er 1.400. Bereken hoeveel procent hij er meer verkocht heeft.

Slide 23 - Open question