1G2 - 27 maart 2024 - lesuur 1 - taalspel woorden disk uitbeelden

1 / 10
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Goedemorgen!! 

Slide 2 - Slide

Hoe gaat het?

Slide 3 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
We gaan de woorden uitbeelden van Disk.

Slide 4 - Slide

Hoe doen we dat?
- De klas verdeel ik in twee groepen

- Ik wijs op een papier de woorden aan die je moet uitbeelden. Uitbeelden doe je met twee mensen uit de groep.

- Elke groep krijgt een minuut om zoveel mogelijk woorden uit te beelden en te raden. Daarna mag de andere groep een minuut. En daarna weer de eerste groep, etc, etc.

Slide 5 - Slide

Dus:
1.  De klas verdeel ik in twee groepen

2. Zet de tafel aan de kant en maak een grote kring. Groep 1 zit naast elkaar (in een helft van de kring) en groep 2 zit naast elkaar (in de andere helft van de kring).

Slide 6 - Slide

De woorden
3. Kijk naar de woorden op het bord. 
Bedenk in tweetallen hoe je de woorden gaat uitbeelden.

Hier hebben jullie 10 minuten voor


Slide 7 - Slide

Hoe werkt het spel?
- Eerst heeft groep 1 een minuut om zoveel mogelijk woorden uit te beelden .
- Een tweetal uit groep 1 loopt naar mij toe en krijgt een woord.
- Het tweetal beeldt het woord uit aan groep 1.
- De leerlingen uit groep 1 proberen het woord te raden (je mag roepen!)
- Groep 2 is stil! (Alleen groep 1 kan punten halen.)
- Als het woord is geraden, gaat het tweetal zitten. En dan komt het volgende tweetal naar mij toe om een woord uit te beelden.
Dit gaat door, tot de minuut voorbij is! Dan mag groep 2!

Slide 8 - Slide

Hoe werkt het spel?
We doen dit spel tot 9:45 uur.

Dan tel ik: welke groep heeft de meeste woorden goed geraden?
Elk geraden woord = 1 punt

De groep met de meeste punten wint!

Slide 9 - Slide

9:45
- Ruimen de klas op. Alle tafels en stoelen gaan weer op hun eigen plek.

- Het huiswerk voor dinsdag 2 april:

Woordenlijst:  Maak je woordenlijst af (van jouw niveau). Vertaal in je eigen taal en schrijf een zin bij elk woord.

Disk online: Thema 4 - bronnen en bouwstenen zijn af. (Vanmiddag ook tijd.)

Slide 10 - Slide