Ein eine kein keine, les 1

Grammatica uitleg

bepaalde en onbepaalde Lidwoorden
1 / 24
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Grammatica uitleg

bepaalde en onbepaalde Lidwoorden

Slide 1 - Slide

Doelen

- Ik weet wanneer een woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is.

- Ik weet wanneer ik der/die/das gebruik.

- Ik weet de vertalingen van ein/eine & kein/keine.

- Ik weet wanneer ik ein/eine & kein/keine gebruik.


Slide 2 - Slide

herhaling: Lidwoorden

Slide 3 - Slide

DE LIDWOORDEN
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der
die
das
die
Het lidwoord van het meervoud is altijd die

Slide 4 - Slide

"der"
  • mannelijke personen of dieren
  • beroepen

Slide 5 - Slide

"die"
  • vrouwelijke personen of dieren
  • de meeste woorden die op -e eindigen of op - heit,- ung,           - keit, - schaft
  • beroepen die op "in" eindigen (die Pilotin)
  • meervoud!

Slide 6 - Slide

"das"
  • "het" woorden in het Nederlands
  • verkleinwoorden (eindigen op -chen en -lein)

Slide 7 - Slide

Zet het zelfstandig naamwoord bij het juiste bepaald lidwoord
die
der
das
Wasser
Restaurant
Obst
Flasche
Vater
Mutter
Mann
Frau
Brot
Junge
Schule
Mädchen

Haus
Lehrer

Lehrerin

Slide 8 - Drag question

ein of eine (een)/ kein of keine (geen)
  1. der Mann (m)   ein Mann     kein Mann
  2. die Frau   (v)    eine Frau     keine Frau
  3. das Kind  (o)      ein Kind     kein Kind
  4. die Kinder (mv)   X Kinder    keine Kinder

Slide 9 - Slide

m
v
o
mv
der
die
das
die
ein
eine
ein
-
kein
keine
kein
keine
Even in een overzichtje

Slide 10 - Slide

der

das
die
eine
ein

Slide 11 - Drag question

Kannst du auch ... Brot kaufen?
A
ein
B
eine

Slide 12 - Quiz

Uitleg:
het brood > das Brot > ein Brot


Slide 13 - Slide

Hast du ... Schwester?
A
ein
B
eine

Slide 14 - Quiz

Uitleg:
de zus (is een vrouw) > die Schwester > eine Schwester


Slide 15 - Slide

Tom und Jerry sind ... Freunde.
A
kein
B
keine

Slide 16 - Quiz

Uitleg:
vrienden is meervoud > die Freunde > keine Freunde


Slide 17 - Slide

een menukaart = ... Speisekarte
A
ein
B
eine

Slide 18 - Quiz

een koffie = ... Kaffee
A
eine
B
ein

Slide 19 - Quiz

een broodje = ... Brötchen
A
der / ein
B
das / ein
C
die / eine

Slide 20 - Quiz

Selbständig arbeiten
Maak K5, paragraaf E, opdracht 17 t/m 19 (kies de basis leerroute)
17A: Klik in de Duitse tekst alle lidwoorden (de, het, een) aan en ook woord voor "geen"
17B: Zet de zelfst. naamwoorden met lidwoorden uit de tekst in een tabel.
17C: wat is de regel?
18: Kijk naar het woord links. Geef in de tabel het juiste lidwoord aan.
19: vul het juiste woord in, let op soms vertaal je een en soms geen
Klaar? Kies voor SlimStampen paragraaf E onderdeel A of StudyGo wk 6
timer
15:00

Slide 21 - Slide

Doelen

- Ik weet wanneer een woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is.

- Ik weet wanneer ik der/die/das gebruik.

- Ik weet de vertalingen van ein/eine & kein/keine.

- Ik weet wanneer ik ein/eine & kein/keine gebruik.


Slide 22 - Slide

Het leerdoelen-rad der wonderen
Wie krijgen de eer om een leerdoel
te mogen beantwoorden?

Voor elk leerdoel  zoeken we
een leerling.

Succes!

Slide 23 - Slide

Lesdoel bereikt?
Je kent de betekenis van ein/eine en kein/keine en kunt dit gebruiken.
A
Ja, ik kan het!
B
Nee, ik snap het niet!
C
Nog een beetje leren... en dan komt het goed!
D
Ja, ik denk het wel!

Slide 24 - Quiz