WWg klas 2

DOEL


- Je kunt het

werkwoordelijk gezegde

in een zin vinden.

1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare school

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

DOEL


- Je kunt het

werkwoordelijk gezegde

in een zin vinden.

Slide 1 - Slide

Goedemorgen!
Wat gaan we doen?

  • Presentaties inhalen
  • Inleveren nieuwsberichten
  • Uitleg grammatica/Kahoot
  • Maken opdrachten
  • Bespreken opdrachten

Slide 2 - Slide

Wat zijn werkwoorden?
A
Doe-woorden
B
Woorden die je met een hoofdletter schrijft
C
Woorden die meervoud
D
Woorden die je bovenaan een brief schrijft

Slide 3 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
A
Alle werkwoorden in een zin
B
Alle leestekens in een zin
C
Alle personen in een zin
D
Leestekens

Slide 4 - Quiz

Wat is de persoonsvorm?
A
Woorden die een persoon bedoelen
B
Woorden met een aparte vorm
C
Woorden die je moet verzinnen
D
Altijd een werkwoord

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Video

Werkwoordelijk gezegde (WG)
  • Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit ALLE werkwoorden in een zin.
  • De persoonsvorm hoort dus ALTIJD bij het werkwoordelijk gezegde.
  • Het werkwoordelijk gezegde kan bestaan uit één of meerdere werkwoorden.
  • Staat het woordje 'te' voor een werkwoord, dan hoort dat woord bij het werkwoordelijk gezegde.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Maken
- Opdrachten worden uitgedeeld

Slide 9 - Slide

Ik wil nog extra uitleg hulp over....

Slide 10 - Open question

Volgende les:
- Herhaling wwg
- Bespreken lijdend voorwerp

Slide 11 - Slide