Werkoverleg

Vergaderen en overleggen: het werkoverleg
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Vergaderen en overleggen: het werkoverleg

Slide 1 - Slide

Waar denk jij aan
bij het woord
'vergaderen'?

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Video

Wat gaan we doen?
  • Uitleg over vergaderen, doelen, rolverdeling 
  • Voorbereiden van twee onderwerpen
  • Opzet vergaderen
  • Evalueren vergadering

Slide 4 - Slide

Werkoverleg/ vergaderen

Slide 5 - Mind map

Werkoverleg
  • Werkzaamheden bespreken of afstemmen
  • Regelmaat
  • Mensen die samenwerken
  • Voorzitter
  • Besluitenlijst of notulen
  • Agenda

Slide 6 - Slide

Agenda
  • Opening
  • Verslag of actiebesluitenlijst vorig werkoverleg
  • Mededelingen en ingekomen/uitgaande stukken
  • Inhoudelijke agendapunten:
        a. ………
        b. ………
        c. ………
  • Wat verder ter tafel komt (w.v.t.t.k.);
  • Rondvraag

Slide 7 - Slide

Rollen
Voorzitter/tijdsbewaker
Notulist
Deelnemers

Slide 8 - Slide

Voorzitter

- behandelt de onderwerpen volgens de agenda
-Zorgt dat iedereen aan het woord komt
- Zorgt ervoor dat men elkaar laat uitspreken
- Zorgt ervoor dat er niet te ver van het onderwerp afgeweken wordt
- Vat de belangrijkste dingen samen

Slide 9 - Slide

Tijdsbewaker


Houdt de tijd tijdens de vergadering in de gaten. 
Wordt er te lang over één onderwerp gesproken, dan grijpt de tijdsbewaker in. Dit kan ook de voorzitter of de notulist zijn. 

Slide 10 - Slide

Notulist
  • Maakt aantekeningen;
  • Werkt deze aantekeningen uit in een verslag;
  • Vraagt na als dingen niet volledig duidelijk zijn;
  • Ondersteunt eventueel de voorzitter bij het bewaken van de discussie.

Slide 11 - Slide

Deelnemers
  • Nemen actief deel
  • Geven kort hun inbreng (informatie, mening)
  • Ondersteunen de andere groepsleden bij hun taken.

Slide 12 - Slide

Welke vergaderdoelen ken je?

Slide 13 - Open question

Vergaderdoelen
  • informatieoverdracht
  • meningsvorming
  • besluitvorming
  • problemen oplossen
  • taakverdeling
  • motiveren


Slide 14 - Slide

Besluitvorming
  • Doel besluit nemen
  • Zijn er alternatieven?
  • Hoe gaan we stemmen?
  • Welk percentage is nodig?
  • Hoe stemmen?

Slide 15 - Slide

Inrichten van ruimtes

Slide 16 - Slide

Ruimte ingericht in carré vorm: wat is het voordeel?

Slide 17 - Slide

Wat zijn de voor- en nadelen van de diverse opstellingen? 

Slide 18 - Slide

Casus 1
Een ondernemer wil graag starten met het openstellen van de dierenwinkel op zondag. Samen met zijn medewerkers moeten ze tot een besluit komen: Gaan jullie wel/niet open op zondag?
Deelonderwerpen:
  • Welke openingstijden hanteer je?
  • Hoeveel bezetting is er nodig op zondag?
  • Hoe ga je hierin rouleren?
  • Wat betekent dit voor de bezetting op andere dagen?




Slide 19 - Slide

Casus 2
Probleem: Een van de honden, die afgelopen week te gast was in het pension, heeft een besmettelijke dierziekte gekregen.  
In het pension kan deze besmettelijke ziekte zich snel verspreiden. Dit kan ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid van de dieren en de reputatie van het pension. Wat gaan we doen?
Organiseer een werkoverleg om dit probleem te bespreken en om maatregelen te bedenken.

  • Wat gaan we doen ?
  • Hoe gaan we dit communiceren ?

Slide 20 - Slide

De opdracht:
  1. Verdeel de rollen (Voorzitter, notulist, tijdbewaker, deelnemer) 
  2. Maak een vergaderagenda (voorzitter)
  3. Neem allemaal een standpunt in, verzamel informatie.
  4. Voer het overleg uit. 
  5. Controleer samen de notulen. Hier in staat wie wat heeft ingebracht en welk besluit er genomen is. 


Slide 21 - Slide