Herhalen week 16
1 / 32
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Dit is geen voorbeeld van een primair geslachtskenmerk
A
Vagina
B
Penis
C
Schaamhaar
D
Anus
Slide 10 - Quiz
Dit is geen voorbeeld van secundaire geslachtskenmerken
A
Schaamhaar
B
Baard in de keel
C
Okselhaar
D
Schaamlippen
Slide 11 - Quiz
In dit deel van het voortplantingsstelsel van de vrouw liggen eicellen
A
Eileider
B
Eierstokken
C
Baarmoeder
D
Vagina
Slide 12 - Quiz
De hele maand rijpt de eicel totdat ie uit de eierstok naar de ... gaat
A
Eileider
B
Baarmoeder
C
Vagina
D
Zaadleider
Slide 13 - Quiz
De hele maand rijpt de eicel totdat ie uit de eierstok naar de eileider gaat, dit noemen we
A
De ovulatie
B
De eisprong
C
Beide antwoorden zijn correct
D
Beide antwoorden zijn fout
Slide 14 - Quiz
Dit is waar over het maagdenvlies
A
Als je dit niet hebt heb je al eens seks gehad
B
Dit is een vlies over de vagina
C
Dit is een soort randje en geen vlies
D
Dit heeft elke vrouw
Slide 15 - Quiz
Op deze dag hebben vrouwen de eisprong
A
Dag 1
B
Dag 15
C
Dag 27
D
Dag 14
Slide 16 - Quiz
De vrouw wordt ongesteld, dit gebeurt op dag ... van de menstruatiecyclus
A
Dag 14
B
Dag 1
C
Dag 28
D
Dag 16
Slide 17 - Quiz
Je wordt ongesteld omdat
A
Je lichaam zich niet hoeft voor te bereiden op zwangerschap
B
Daar is geen reden voor
C
Omdat je teveel bloed in je lijf hebt
D
Geen van bovenstaande antwoorden
Slide 18 - Quiz
Deze uitspraak is waar
A
De eicel kan voortbewegen
B
De zaadcel kan voortbewegen
C
Zowel antwoord A als B
D
Geen van beide uitspraken
Slide 19 - Quiz
Hierin worden zaadcellen opgeslagen
A
Balzak
B
Teelballen
C
Bijbal
D
Penis
Slide 20 - Quiz
Dit is een gevoelig deel van het mannelijke geslachtsorgaan en zorgt vaak voor orgasmes
A
De voorhuid
B
De eikel
C
De penis
D
De ballen
Slide 21 - Quiz
Dit is een gevoelig deel van het vrouwelijke geslachtsorgaan en zorgt vaak voor orgasmes
A
De clitoris
B
De vagina
C
De borsten
D
De schaamlippen
Slide 22 - Quiz
Dit is het verschil tussen geslacht en gender
A
Gender is of je een man of vrouw bent en geslacht of je je zo voelt
B
Geslacht is of je een man of vrouw bent en gender gaat over wie je bent en wilt zijn
C
Het is eigenlijk hetzelfde
D
Gender is dat je man was en vrouw bent nu en geslacht is of je een penis of vagina hebt
Slide 23 - Quiz
Dit is een veilige manier om geen SOA's te krijgen
A
Gebruiken van de pil
B
Gebruiken van het condoom
C
Handen wassen na het seksen
D
Iemand pijpen
Slide 24 - Quiz
Zo kun je een SOA krijgen
A
Iemand beffen of pijpen
B
Zoenen met een besmet iemand
C
Op een vieze wc bril zitten
D
Uit iemands glas drinken
Slide 25 - Quiz
Dit is geen voorbeeld van een voorbehoedsmiddel
A
De pil
B
Het condoom
C
Het beflapje
D
De spiraal
Slide 26 - Quiz
De bevruchting vindt plaats in
A
De eileider
B
De zaadleider
C
De eierstok
D
De baarmoeder
Slide 27 - Quiz
Als de bevruchte eicel is aangekomen in de baarmoeder blijft die daar zitten dit noemen we
A
Innesteling
B
Bevruchting
C
Bestuiving
D
Zaadlozing
Slide 28 - Quiz
De functie van vruchtwater is, meerdere antwoorden mogelijk
A
Voorkomen dat de baby geen drinken heeft
B
Voorkomen dat de baby uitdroogt
C
Bescherming tegen bacteriën
D
Beschermen tegen stoten
Slide 29 - Quiz
De afkorting van SOA is:
