les 2 Zelfregie

1 / 17
next
Slide 1: Slide
Zelf - samenredzaamheidMBOStudiejaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

inhoud les

 zelfredzaamheid
 samenredzaamheid
eigen kracht en zelfregie
WMO
beroepshouding verzorgende in de thuiszorg
stellingen
     



Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Beantwoord de vragen
  1. Wat is het verschil tussen zelfstandigheid en zelfredzaamheid 
  2. Waarom is de zelfstandigheid van zorgvragers zo belangrijk? Noem vier redenen. 
  3. Wat wordt bedoeld met samenredzaamheid volgens jou?
  4. Wat wordt bedoeld met eigen kracht? 
  5. Wat wordt bedoeld met zelfregie volgens jou?

Geef bij elk antwoord een voorbeeld vanuit de stage.

Slide 4 - Slide

Begrippen 
Zelfredzaamheid: Het vermogen om je in het leven zelf te redden.  

Samenredzaamheid: Het vermogen om je in het leven zelf te redden met hulp van mensen in jouw netwerk.  

Eigen kracht:  Je talenten en je mogelijkheden om zelf oplossingen te bedenken voor situaties.  

Zelfregie: Zelf richting geven aan je leven, ook wanneer je een beroep op anderen moet doen om zelfredzaam te kunnen zijn.  

Slide 5 - Slide

Wat is het gevaar als zelfregie wordt afgenomen?

Slide 6 - Open question

Zelfregie  houdt zich bezig met...
Kracht: Benadruk de kwaliteiten en mogelijkheden van mensen 

Drijfveren: Ga uit van de drijfveren en motivatie van mensen.  

Zeggenschap: Laat mensen zelf beslissen hun leven en over eventuele professionele ondersteuning.  

Sociaal netwerk: Laat mensen niet alles zelf doen, maar zorg voor voortdurende interactie met het eigen sociale netwerk. Je kunt voor elkaar van betekenis zijn. 

Slide 7 - Slide


Wat is de WMO? 



timer
10:00

Slide 8 - Slide

Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)
De uitgangspunten:

  • Ondersteun de eigen kracht, de eigen regie van burgers (met beperkingen). 
  • Benut en ondersteun het netwerk/de mantelzorgers.
  • Benut en ondersteun vrijwilligers.
  • Zet zo min mogelijk professionele ondersteuning in.

Slide 9 - Slide

WMO

Slide 10 - Slide

Wat vraagt dit van jou?
Jouw basishouding: 

- De wensen en behoeften van de cliënt zijn jouw uitgangspunt.
- Je gaat uit van mogelijkheden. 

- Je kijkt verder dan je cliënt alleen. Je kijkt ook naar de mogelijkheden van:
          - Het netwerk van de cliënt
          - De initiatieven en voorzieningen in de buurt


Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Hoe zouden jullie hiermee omgaan?

Slide 13 - Slide

Stellingen:

Slide 14 - Slide

‘Mensen kunnen veel meer zelf dan we (en zijzelf) denken.’ 

Sta op = eens
Blijf zitten = oneens 

Slide 15 - Slide


‘Mensen die ondersteuning nodig hebben, moeten deze zoveel mogelijk van familie, vrienden of buren krijgen.’



Sta op = eens 
Blijf zitten = oneens 

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide