BG2 - Module 2 - Les 3

Beroepsgericht 2
Module 2 - Les 3
1 / 23
next
Slide 1: Slide
BeroepsgerichtMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Beroepsgericht 2
Module 2 - Les 3

Slide 1 - Slide

Wat weet jij al over mensen met (zeer) ernstige verstandelijke beperkingen?

Slide 2 - Mind map

EVB/EVMB

  • IQ lager dan 20-35;
  • Vaak in combinatie met lichamelijke beperkingen en/of gezondheidsproblemen (meervoudige beperking);
  • Volledige afhankelijkheid van anderen voor dagelijkse zorg.

Slide 3 - Slide

Kenmerken

  • Ontwikkelingsniveau vergelijkbaar met baby/peuter;
  • Vaak geen of beperkte spraak;
  • Niet/nauwelijks zelfredzaam;
  • Behoefte aan structuur en veiligheid.

Slide 4 - Slide

Kenmerken
  • (Een niet tot zeer moeilijk instelbare vorm van) epilepsie;
  • Een verstoorde prikkelverwerking;
  •  Zintuiglijke problemen met zien en horen;
  •  Een specifiek kenmerk is de non-verbale wijze van communiceren;
  • Problemen met eten en drinken (o.a. (ver)slikken;
  • Gezondheidsproblemen bijv. chronische luchtweginfectie, incontinentie etc.;
  • Spasticiteit, heupluxatie, scoliose en vergroeiingen aan handen en voeten; 
  • Medicatiegebruik is hoog, hebben mensen vaak een zeer laag bewustzijn en ervaren al dan niet chronisch pijn;
  • Gedragsproblemen zoals slaapproblemen, teruggetrokken en/of stereotype gedrag, onophoudelijk huilen en uitingen van discomfort komen veel voor.

Slide 5 - Slide

Impact op het dagelijks leven

  • Voeding: Bijv. sondevoeding of aangepast eten.
  • Mobiliteit: Vaak afhankelijk van rolstoelen of tilliften.
  • Communicatie: Alternatieve communicatievormen zoals pictogrammen, geluiden of lichaamsbewegingen.

Slide 6 - Slide

ZEVMB = Zeer Ernstige Verstandelijke en Meervoudige Beperkingen
EMB = Ernstige Meervoudige Beperkingen
  • In Nederland wonen ongeveer vier- tot zesduizend mensen met EMB.
  • Ze kunnen beperkt informatie begrijpen, kunnen vaak niet praten en begrijpen veel woorden niet. Ze communiceren via geluiden, houding, spierspanning en mimiek. 
  • Door hun motorische beperkingen kunnen mensen met EMB hun lichaam maar heel beperkt bewegen.
  • Er is op alle domeinen van zorg het hele leven lang, 24 uur per dag intensieve en gespecialiseerde zorg en ondersteuning nodig

Slide 7 - Slide

Bij welke organisaties kunnen de cliënten terecht?
  • Ga in kleine groepjes op onderzoek uit welke organisaties er zijn voor mensen met EMB;
  • Benoem de naam van de organisatie én hoe de zorg er binnen deze organisatie uit ziet.  
timer
5:00

Slide 8 - Slide

Zet in het woordweb de namen van de organisaties die jullie hebben gevonden

Slide 9 - Mind map

Slide 10 - Slide

Waar staat ZEVMB voor?

Slide 11 - Mind map

Waar staat EMB voor?

Slide 12 - Mind map

Waar staat ZEVB voor?

Slide 13 - Mind map

Wat is het IQ van iemand met een matige verstandelijke beperking.
A
IQ van 51-71
B
IQ van 36-51
C
IQ van minder dan 20
D
IQ van 85-100

Slide 14 - Quiz

bij welke verschillende levensdomeinen hebben mensen met een verstandelijke beperking ondersteuning bij nodig? 
waar
niet waar
wonen 
leren
werken
sociale interactie 
lopen
douchen
eten
helpen opstaan uit bed 

Slide 15 - Drag question

wat hoort waarbij? 
koppel het antwoord aan het juiste blokje.
IQ 50-70
IQ 35-50
IQ 20-35
IQ <20
matige beperking
ernstige beperking
lichte beperking
zeer ernstige beperking

Slide 16 - Drag question

Waar moet je bij een LVB-cliënt rekening mee houden als zorgverlener?
A
zo veel mogelijk voor de cliënt doen
B
je cliënt gelijkwaardig behandelen
C
complimenteren, respect tonen
D
dat de cliënt netjes de bevelen opvolgt

Slide 17 - Quiz

Wat kan passende ondersteuning zijn voor LVB-cliënten?
A
de omgeving stimuleren om mee te denken
B
ze overal bij helpen en het werk uit handen nemen
C
omgeving adviseren om leren om te gaan met gedragsproblemen
D
noodzaak van de zelfredzaamheid benoemen

Slide 18 - Quiz

Wat is voor de cliënt erg belangrijk?
A
structuur
B
aandacht
C
tv kijken
D
eigen regie

Slide 19 - Quiz

Casuïstiek
Individueel aan de slag met ieder een eigen casus;
Beantwoorden van bijbehorende vragen.

Slide 20 - Slide

Opdracht: Kahoot
- In tweetallen aan de slag;
- Iedereen maakt een Kahoot met max. 10 vragen over mensen met een verstandelijke beperking;
- Maak gebruik van het boek (persoonlijke verzorging) en of de vorige lessen.

Slide 21 - Slide

Portfolio check
Tot nu toe 3 lessen gehad, zorg dat deze allemaal in je portfolio zijn toegevoegd op IL.
  • Les 1: enquête
  • Les 2: ondersteuningsvragen John
  • Les 3: Organisatie EMB + Casus + Kahoot

Zie ook het schema op de volgende dia.

Slide 22 - Slide

Les 1
Beeldvorming enquête mensen met een verstandelijke beperking
Les 2
Casus John met ondersteuningsvragen
Les 3
Organisaties EMB + Casus + Kahoot mensen met een verstandelijke beperking
Les 4
Collage/lijsten met gezondheidskenmerken EN ondersteuningsvragen
Les 5
Tekenen a.d.h.v. wat je voelt (dementie)
Les 6
Ondersteuningsvragen NAH EN gedicht/lied/tekening Isabella
Les 7
Lijsten gezondheidskenmerken motorische beperking en 3-fasenplan activiteit
Les 8
Ondersteuningsvragen doof-/blindheid EN blind tekenen
Portfolio-opdrachten BG2 - Module 2

Slide 23 - Slide