Zugspitze, S2, les 3

Willkommen im Deutschunterricht

1 / 27

Slide 1: Slide

DuitsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1,2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Willkommen im Deutschunterricht

Slide 1 - Slide

Lernziel(e)

Kun je het werkwoord werden in de tegenwoordige tijd vervoegen.

Slide 2 - Slide

Programma:

Huiswerk nakijken
Grammatica uitleg
zelfstandig aan het werk.

Slide 3 - Slide

Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?

Slide 4 - Slide

Hoe vorm je het voltooid deelwoord van een regelmatig werkwoord?

Slide 5 - Slide

Hausaufgaben

1. Maak in de online methode van Kapitel 1, Aufg. 1, 2 en 3

Slide 6 - Slide

het voltooid deelwoord

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Het voltooid deelwoord met stam op -d / -t

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Huiswerk nakijken

1. Maak in je boek van Schritt 1,

Aufg. 2, 5, 7 (BOEK)

2. Leer van Schritt 1, het voltooid deelwoord regelm. werkwoord

Slide 12 - Slide

Schritt 1, Aufgabe 2

1. gehört 6. gesucht

2. geredet 7. gemietet

3. gespielt 8. gewartet

4. informiert

5. reserviert

Slide 13 - Slide

Schritt 1, Aufgabe 2 B

1. gewohnt 6. gemeldet

2. gekauft 7. reserviert

3. gehört 8. gesagt

4. gearbeitet 9. notiert

5. studiert 10. gelernt

Slide 14 - Slide

Aufgabe 5

Welk woord kan je helpen om werkwoorden te vervoegen?

Slide 15 - Slide

Ezelsbruggetje

Achter de stam van het werkwoord komt de uitgang.

Dit zijn de volgende letters:

(FE) E - ST - T - EN - T - EN

Slide 16 - Slide

haben (hebben) bij Aufg. 7

ich habe ik heb

du hast jij hebt

er/sie/es hat hij/zij/het heeft

wir haben wij hebben

ihr habt jullie hebben

Sie/sie haben u heeft/zij hebben

Slide 17 - Slide

sein (zijn)

ich bin ik ben

du bist jij bent

er/sie/es ist hij/zij/het is

wir sind wij zijn

ihr seid jullie zijn

Sie/sie sind u bent / zij zijn

Slide 18 - Slide

Schritt 1, Aufgabe 7 Grammatik:

1. hat studiert 7. hat reserviert

2. hat gearbeitet 8. hat gesagt

3. hat gewohnt 9. hat operiert

4. hat geglaubt 10. hat gekauft

5. hat gewartet

6. hat gehört

11. hat notiert

Slide 19 - Slide

We maken nu samen: Schritt 3: Aufgabe 5

Slide 20 - Slide

Schrijf over:

Slide 21 - Slide

Zelfstandig aan het werk

1. Maak in je boek van Schritt 3,

Aufg. 2, 4, 7 (BOEK)

2. Klaar? Leer in Studygo de woorden van Schritt 2 en het werkwoord "werden"(WRTS)

Slide 22 - Slide

Hausaufgaben

1. Maak in je boek van Schritt 3,

Aufg. 2, 4, 7 (BOEK)

2. Klaar? Leer in Studygo de woorden van Schritt 2 en het werkwoord "werden"(WRTS)

Slide 23 - Slide

Kijk nu terug naar de lesdoelen:

Kun je het werkwoord werden in de tegenwoordige tijd vervoegen.

Slide 24 - Slide

ich habe

du hast

ihr habt

wir haben

jij hebt

wij hebben

ik heb

jullie hebben

Slide 25 - Drag question

Vul de juiste vorm van het werkwoord 'haben' in:
Ich .... keine Zeit.

Slide 26 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord haben in:
Warum ... du nichts gegessen?

Slide 27 - Open question