4MDU1 lesen üben

• Duits
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2,4

Tekst 1

Am Flughafen

(op het vliegveld)

Waar krijgt familie Müller advies?

1. Waar krijgt familie Müller advies?

1. thuis
2. in het hotel
3. via internet
4. in het reisbureau

Waar wil de familie Müller naartoe reizen?

2. Waar wil de familie Müller naartoe reizen?

1. Mallorca
2. Corsica
3. Ibiza
4. Menorca

Hoeveel bagage heeft de familie Müller bij zich?

3. Hoeveel bagage heeft de familie Müller bij zich?

1. vier koffers
2. één koffer en twee tassen
3. drie koffers en twee tassen
4. drie tassen

Hoe voelt meneer Müller zich bij het starten van het vliegtuig?

4. Hoe voelt meneer Müller zich bij het starten van het vliegtuig?

1. Hij voelt zich slaperig
2. Hij voelt zich niet prettig
3. Hij heeft honger
4. Hij heeft dorst

Waar halen de passagiers na de landing hun bagage vandaan?

5. Waar halen de passagiers na de landing hun bagage vandaan?

1. in het hotel
2. van de bagageband
3. in de wachtruimte
4. van de startbaan

Tekst 2

Berufe

(beroepen)

nu eens kijken of de vragen in het Duits ook gesteld kunnen worden

Was macht ein Lehrer?

1. Was macht ein Lehrer?

1. Er stellt Brot her
2. er untersucht Menschen
3. Er unterrichtet Kinder
4. Er verkauft Gemüse

Welches von diese Leute ist kein Artzt?

2. Welches von diese Leute ist kein Arzt?

1. Chirurg
2. Pflegerin
3. Ohrenarzt
4. Zahnarzt

Welche Zutaten braucht ein Bäcker nicht?

3. Welche Zutaten braucht ein Bäcker nicht?

1. Hefe
2. Hühner
3. Mehl
4. Salz

Was tut kein Artzt?

4. Was tut kein Arzt?

1. Menschen untersuchen
2. Medikamente verkaufen
3. Medikamente verschreiben
4. An der Universität studieren

Welche Ausbildung macht ein Koch?

5. Welche Ausbildung macht ein Koch?

1. keine
2. Schule oder Lehre
3. Hochschule
4. Universität

Hoe ging het? Ben je tevreden? Vond je het lastig of juist niet?