Taalverzorging H2 TL3

TL3 Taalverzorging
Drie onderdelen voor een beoordeling!
Vandaag het tweede onderdeel. 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

TL3 Taalverzorging
Drie onderdelen voor een beoordeling!
Vandaag het tweede onderdeel. 

Slide 1 - Slide

Ik weet nu hoe ik hoofdletters en leestekens moet gebruiken.
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Extra opdracht
geef mij die bal terug zei nelson tegen micky ik wil in oktober alleen zijn want ik ben klaar met alle mensen sophie zei tegen iris dat ze op moest houden met schreeuwen ik ben het nu echt zat zei iris 

Slide 3 - Slide

Die oude man uit Spanje (bestellen) het liefst iedere avond tapas.
A
bestelt
B
besteld

Slide 4 - Quiz

Denk je dat bol.com mijn pakje vandaag (thuisbezorgen)?
A
thuisbezorgt
B
thuisbezorgd

Slide 5 - Quiz

Vorige week (kneden) ik dat deeg.
A
kneden
B
kneeden
C
kneedden
D
kneedde

Slide 6 - Quiz

Mijn vader heeft net de nieuwe iPhone (bestellen)
A
bestelt
B
besteld

Slide 7 - Quiz

De (uitrusten) man heeft weer zin om te voetballen.
A
uitgeruste
B
uitgerustte

Slide 8 - Quiz

Werkwoordsvormen
Persoonsvorm tegenwoordige tijd -> bestelt, bezorgt, fietst
Persoonsvorm verleden tijd -> bestelde, wandelde, fietste
Gebiedende wijs -> Loop eens door! Word eens stil!
Infinitief -> hele werkwoord: lopen, fietsen, rennen. 
Voltooid deelwoord -> gefietst, gewandeld, besteld
Onvoltooid deelwoord -> fietsend, wandelend, lopend
Bijvoeglijk naamwoord -> de ontblote man -> ALTIJD KORT KORT

Slide 9 - Slide

De jongen heeft zijn moeder opgezocht.
Opgezocht =
A
persoonsvorm tt
B
persoonsvorm vt
C
voltooid deelwoord
D
onvoltooid deelwoord

Slide 10 - Quiz

Zij vluchtten naar de stad.
Vluchtten =
A
persoonsvorm tt
B
persoonsvorm vt
C
voltooid deelwoord
D
onvoltooid deelwoord

Slide 11 - Quiz

Die oude vent behandelt zijn zoon niet leuk.
Behandelt =
A
persoonsvorm tt
B
persoonsvorm vt
C
voltooid deelwoord
D
onvoltooid deelwoord

Slide 12 - Quiz

Samengestelde zinnen
Opa wandelt in het park. 

Bekijk deze zin: 
Mijn moeder bestel... een pizza, terwijl mijn vader game...

Slide 13 - Slide

Schema
Persoonsvorm?
Ja?  
TT = stam + t*
         VT = stam + te(n) of de(n) (t ex Kofschip)
Nee? 
't ex Kofschip / zo kort mogelijk

* Behalve bij 'ik' erbij of jij/je (als jij) erachter en gebiedende wijs

Slide 14 - Slide

Joost (worden) op de gang gezet, terwijl haar zus een pizza (bestellen).
A
wordt, bestelt
B
word, bestelt
C
wordt, besteld
D
word, besteld

Slide 15 - Quiz

Mijn moeder (bezorgen) een pakketje en mijn zus (behandelen) mij als stront.
A
bezorgt, behandeld
B
bezorgd, behandeld
C
bezorgt, behandelt
D
bezorgd, behandelt

Slide 16 - Quiz

Wat nu?
Maak hoofdstuk 2 van Taalverzorging (allebei de onderdelen) online. Zorg dat je alles boven de 70% haalt.

Schrijf onbekende woorden in je nieuwe boekje.

Slide 17 - Slide