Les 3: 6.2 Travelling

Reading
Boek 2/3
6.2 Travelling
Doel: Je begrijpt instructies, ook als er onbekende woorden in staan.
1 / 8
next
Slide 1: Slide
EngelsMBO

This lesson contains 8 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Reading
Boek 2/3
6.2 Travelling
Doel: Je begrijpt instructies, ook als er onbekende woorden in staan.

Slide 1 - Slide

Reizen
Tijdens het reizen kom je allerlei instructies tegen, bijvoorbeeld bij het zwembad van een hotel.

Wat doe je als je woorden niet kent?

Slide 2 - Slide

Moeilijke woorden
  • Lees verder. Betekenis afleiden uit overige woorden in de zin.
  • Eventuele illustraties goed bekijken. Zo krijg je een beeld van wat er in de tekst staat.

Slide 3 - Slide

Moeilijke woorden
  • Kijk nog eens goed naar het woord. Afleiden uit een gedeelte van het woord. In het woord northbound (noordelijke richting) zit bijvoorbeeld het woord north (noorden).
  • Sommige woorden hebben een voorvoegsel (prefix) dat van invloed is op de betekenis. Het woord unfriendly heeft bijvoorbeeld het voorvoegsel un-. Unfriendly (onvriendelijk) betekent dus het tegenovergestelde van friendly (vriendelijk).

Slide 4 - Slide

Veelvoorkomende voorvoegsels
voorvoegsel
voorbeeld
vertaling
dis-
disembark
uitstappen
in-
invalid
ongeldig
non-
non-medical
niet-medisch
un-
unattended
onbeheerd

Slide 5 - Slide

Oefening:
Vul in wat de regels zijn volgens het bord.

Slide 6 - Slide


Slide 7 - Open question

Opdrachten
Boek 2/3
6.2 Travelling
Ex. 1,2,3,4, exam exercise

Extra verdieping:
Ex. 5, extra reading, extra exam exercise

Slide 8 - Slide