This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Welkom
Herhalen Economie
Is er werk voor jou?
H4 (basis)
H5 (kader)
Slide 1 - Slide
leerdoel van deze les
Aan het einde van de les weet je weer de begrippen en de omschrijvingen die te maken hebben met
hoofdstuk 4 (basis) / hoofdstuk 5 (kader).
Slide 2 - Slide
Weet je het nog?
Hoofdstuk 4 / 5: Is er werk voor jou?
Slide 3 - Slide
Wat is een arbeidsovereenkomst?
A
Een afspraak tussen werkgever en werkgever
B
Opzegtermijn
C
Proeftijd
D
Een afspraak tussen werknemer en werkgever
Slide 4 - Quiz
In de …… staan afspraken die gelden voor alle werknemers van dezelfde soort bedrijven.
A
Arbeidsovereenkomst
B
CAO
C
Vakbonden
D
Vacatures
Slide 5 - Quiz
In een arbeidsovereenkomst staat het aantal uren dat je gaat werken.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quiz
Een collectieve arbeidsovereenkomst is een afspraak tussen een groep werknemers (vakbonden) en een groep werkgevers.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quiz
Wat is een deeltijdbaan?
A
Je werkt meer dan 36 uur per week
B
Je werkt minder dan 36 uur per week
C
Je werkt minder dan 60 uur per week
D
Je werkt meer dan 60 uur per week
Slide 8 - Quiz
Als je niet werkt, ben je nog niet werkloos. Wanneer ben je wel werkloos?
A
Je bent actief op zoek naar werk.
B
Je hebt geen baan.
C
Je bent tussen de 15 en de pensioenleeftijd.
D
Je voldoet aan alle drie voorwaarden (A+B+C)
Slide 9 - Quiz
Wat is een voltijdbaan?
A
je werkt meer dan 36 uur per week
B
je werkt minder dan 36 uur per week
C
je werkt minder dan 60 uur per week
D
je werkt meer dan 60 uur per week
Slide 10 - Quiz
Een proeftijd is
A
een periode waarin je baas of jij de baan kunnen opzeggen.
B
tijd om te proeven!
C
de tijd die je aan dierproeven moet besteden.
D
een gesprek over hoe je het doet.
Slide 11 - Quiz
Bij een vaste baan heb je een
A
arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd
B
arbeidsovereenkomst voor een bepaalde tijd
Slide 12 - Quiz
'Tijdelijke baan'
A
een baan waarbij je te laat mag komen
B
Een baan voor bepaalde tijd met afgesproken einddatum
C
Een baan voor minder dan 12 uur per week
D
Een baan waarbij geen einddatum is afgesproken
Slide 13 - Quiz
Solliciteren is
A
Het citeren van het gedicht van Sol.
B
Je laat een bedrijf weten dat je de baan wil.
C
Een ingewikkelde manier van een autoband uitlijnen.
D
Je laat je werkgever weten dat je een andere baan wil.
Slide 14 - Quiz
Wat is een vacature?
A
Een vacature is een manier om te solliciteren
B
Een vacature is een baan die niet mee beschikbaar is
C
Een vacature is een baan die vrij is
D
Een vacature is een manier om te solliciteren
Slide 15 - Quiz
Wat valt onder de 'beroepsbevolking'?
Slide 16 - Open question
Hoeveel is de totale beroepsbevolking?
Slide 17 - Slide
Hoeveel % van de jongeren werkt?
Slide 18 - Slide
Er is minder vraag naar producten. Van welke werkloosheid is sprake?
A
Frictiewerkloosheid
B
Conjuncturele werkloosheid
C
Structurele werkloosheid
D
Regionale werkloosheid
Slide 19 - Quiz
Het werk wordt overgenomen door een robot. Van welke werkloosheid is sprake?
A
Frictiewerkloosheid
B
Conjuncturele werkloosheid
C
Structurele werkloosheid
D
Regionale werkloosheid
Slide 20 - Quiz
Wat doet het UWV o.a. ? a. Advies geven bij het zoeken naar een baan b. helpen bij het zoeken naar vrijwilligerswerk c. ondersteunen bij het schrijven van een sollicitatiebrief d. Bepalen of je recht hebt op een uitkering
A
allemaal
B
A & B
C
A, C, D
D
A, B, C
Slide 21 - Quiz
Als je werkloos bent, schrijf je je in bij het UWV. Hoe noem je iemand die werkloos is, maar zich niet inschrijft?
A
Geregistreerd werkloos
B
Ongeregistreerd werkloos
C
Verborgen werkloos
D
Uitkering loos
Slide 22 - Quiz
De arbeidsmarkt is het geheel van vraag naar en aanbod van arbeid. De vraag naar arbeid komt van:
A
Bedrijven
B
Werknemers
Slide 23 - Quiz
Marco werkte in een magazijn en verdiende hier € 1850. Het bedrijf heeft een machine aangeschaft die zijn werkzaamheden overnemen. Hij komt in de WW. De eerste twee maanden krijgt hij 75% van zijn loon doorbetaald. Daarna 70%. Hoeveel krijgt hij in maand 3?