V4 Argumenteren les 1

Argumenteren




Les 1




1 / 33
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Argumenteren




Les 1




Slide 1 - Slide

Cursus 2 Argumenteren
§1.  Wat zijn standpunten en argumenten?

De eerste stap is het herkennen van het standpunt en het argument, om vervolgens aan te geven of je met een feitelijk of waarderend standpunt te  maken hebt.

Lees de theorie in het lesboek op p.62/63  Argumenteren - par. 1 Standpunt en argument
Maak voor jezelf  een korte samenvatting.

timer
10:00

Slide 2 - Slide

Argumenteren § 1
Signaalwoorden voor een standpunt: volgens mij, mijns inziens, ik denk dat, mijn conclusie is dat, dan ook, daarom, kortom en werkwoorden als vinden en moeten


Signaalwoorden voor een argument: omdat, want, namelijk, daarom, aangezien, op grond van, immers, om die reden



Slide 3 - Slide

(in)directe standpunten
In teksten worden standpunten niet altijd direct geformuleerd. 

Bijvoorbeeld: ''Het transferbedrag voor die voetballer is 200 miljoen dollar; alsof hij Messi of Neymar is!'' 
Betekent eigenlijk: ''Die voetballer is voor te veel geld aangekocht.''

Als gevraagd wordt om het standpunt uit een tekst te halen, kan het dus zijn dat het niet direct geformuleerd is. In dat geval moet je goed lezen en het een beetje herformuleren. 

Slide 4 - Slide

Opdracht
Wat is het standpunt en wat is het argument?

In de volgende slides geef je aan wat het standpunt is.


Slide 5 - Slide

Wat is het standpunt in de volgende zin:

Het is voor iedereen goed om op een teamsport te zitten, want dat is de beste manier om te leren samenwerken
A
Het is..... te zitten
B
want .... samenwerken

Slide 6 - Quiz

Wat is het standpunt in de volgende zin:


Omdat het zo gezellig is, vind ik een glaasje wijn op zijn tijd geen probleem.
A
Omdat het zo gezellig is
B
vind ik....geen probleem.

Slide 7 - Quiz

Wat is het standpunt in de volgende zin:

Er komen nog steeds veel jongeren met alcoholvergiftiging in het ziekenhuis. Daarom moet de verkoop van alcohol aan jongeren veel strenger gestraft worden.
A
Er komen ...het ziekenhuis
B
Daarom moet..... gestraft worden

Slide 8 - Quiz

Wat is het standpunt in de volgende zin:

Amsterdam heeft veel concertzalen. Het is dus geen wonder dat bijna elke band die Nederland aandoet, in Amsterdam optreedt.
A
Amsterdam heeft veel concertzalen
B
Het is ..... Amsterdam optreedt

Slide 9 - Quiz

We maken onderscheid tussen:
  • Feitelijke (objectieve) argumenten 
Gebaseerd op onderzoeken / cijfers / feiten. Controleerbaar. Hiermee kun je het niet oneens zijn. 
  • Waarderende (subjectieve) argumenten  
Gebaseerd op ervaringen / opvattingen. Niet te controleren. Men kan erover van mening verschillen. 

Slide 10 - Slide

Argumenteren
 Is het argument feitelijk of waarderend?

Je hebt net de standpunten aangegeven en weet dus ook dat het andere deel van de zin het argument is. Nu ga je aangeven of dat argument feitelijk of waarderend is.

Slide 11 - Slide

Het is voor iedereen goed om op een teamsport te zitten, want dat is de beste manier om te leren samenwerken
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 12 - Quiz

Omdat het zo gezellig is, vind ik een glaasje wijn op zijn tijd geen probleem.
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 13 - Quiz

Er komen nog steeds veel jongeren met alcoholvergiftiging in het ziekenhuis. Daarom moet de verkoop van alcohol aan jongeren veel strenger gestraft worden.
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 14 - Quiz

Ik zou voorlopig geen nieuwe schaatsen kopen, het is al jaren geleden dat er langer dan enkele dagen natuurijs heeft gelegen.
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 15 - Quiz

Amsterdam heeft veel concertzalen. Het is dus geen wonder dat bijna elke band die in Nederland aandoet, in Amsterdam optreedt.
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 16 - Quiz

Standpunt of argument?
Standpunt 

WANT                                     DUS

Argument 

Slide 17 - Slide

Iedereen moet twee keer in de week vis eten.

WANT                                     DUS
Het eten van vis is goed voor hart en bloedvaten.

Slide 18 - Slide

STANDPUNT
ARGUMENT
De regering moet een landelijk vuurwerkverbod instellen.
De hoge druk op huisartsenposten en spoedeisende hulp in oudjaarsnacht moet omlaag.

Slide 19 - Drag question

Of iets uitgebreider...
Standpunt 
WANT                                     DUS
Argument 
WANT                                      DUS
Subargument

Slide 20 - Slide

Iedereen moet twee keer in de week vis eten.
WANT                                     DUS
Het eten van vis is goed voor hart en bloedvaten.
WANT                                      DUS
Vis bevat gezonde vetzuren die vlees niet bevat.

Slide 21 - Slide

STANDPUNT
ARGUMENT
SUBARGUMENT
Er moet meer aandacht komen voor de mentale gezondheid van studenten. 
Steeds meer studenten kampen met burn-outklachten, nog voordat ze de arbeidsmarkt betreden
Onderzoeken tonen aan dat studenten 63% meer stress ervaren dan de studenten van tien jaar geleden. 

Slide 22 - Drag question

Tegenargument & weerlegging
Een tegenargument gaat in tegen een standpunt

Een weerlegging gaat in tegen een argument

Slide 23 - Slide

Tegenargument
Standpunt: Er moet op school tussen de middag een gezonde maaltijd voor leerlingen geserveerd worden.
Argument: Dat zal helpen in de strijd tegen overgewicht.
Tegenargument: Het is niet de taak van scholen om leerlingen te voeden.


Slide 24 - Slide

Weerlegging
Standpunt: Er moet op school tussen de middag een gezonde maaltijd voor leerlingen geserveerd worden.
Argument: Dat zal helpen in de strijd tegen overgewicht.
Weerlegging: In Engeland serveren ze al jaren een schoolmaaltijd en het overgewicht is daar niet afgenomen.


Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

We moeten een kiesdrempel van minstens drie procent invoeren. Het grote aantal kleine partijen in de Tweede Kamer maakt het bijna onmogelijk om Nederland te regeren.
- Zonder kiesdrempel voelen minderheden zich ook vertegenwoordigd.
A
tegenargument
B
weerlegging

Slide 27 - Quiz

Varkens worden in Nederland erg slecht behandeld. Daarom kun je beter geen varkensvlees eten.
- Sinds er alleen nog maar vlees met een ster verkocht mag worden, zijn de omstandigheden in de stallen sterk verbeterd.
A
tegenargument
B
weerlegging

Slide 28 - Quiz

Er moet een DNA-databank van alle Nederlanders komen. Het wordt dan mogelijk om grote bevolkingsonderzoeken naar erfelijke ziekten te doen.
- Het is wel een grove schending van ieders privacy.
A
tegenargument
B
weerlegging

Slide 29 - Quiz

Belangrijk!
Let op: vanaf 2021 wordt de term 'weerlegging' niet meer gebruikt op havo en vwo. er is altijd sprake van een 'tegenargument', ongeacht of het tegen een standpunt of een argument ingaat.

Toch is het belangrijk dat je het onderliggende verschil kent. 
Waarom, denk je?

Slide 30 - Slide

opdrachten 1 + 2 
Maak de opdrachten in je schrift. 

Je werkt in tekst 1 (onderstrepen, markeren,...) bij opdracht 2 (vr. 1 t/m 3)

We wisselen de antwoorden uit.

Slide 31 - Slide

Huiswerk voor 29/1
  1. Maak opdracht 3 op p. 64
2. Lees de theorie van paragraaf 2 op p.68/69 en vat deze samen. 
Zo ben je al bezig met het 'toetsklaar' zetten van je huiswerk.


Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide