2.1 - 2.2 De bouw en functie van DNA/DNA-replicatie

H2.    DNA
2.1   De bouw en functie
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 22 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

H2.    DNA
2.1   De bouw en functie

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Je kunt de bouw en functie van DNA beschrijven.

Slide 2 - Slide

DNA
Bevat informatie over erfelijke eigenschappen.
Geheel aan erfelijke informatie noem je ook wel het genoom.
Alle cellen in één organisme hebben hetzelfde genoom.

Slide 3 - Slide

Karyogram

Slide 4 - Slide

Bouw
DNA molecuul = nucleïnezuur

Zuurgroep, voor het eerst ontdekt in celkern (nucleus).
DNA bestaat uit  aan elkaar gekoppelde nucleotiden waardoor het molecuul uit twee strengen bestaat.

Slide 5 - Slide

Bouw DNA

Slide 6 - Slide

enkelstrengs DNA

dubbelstrengs DNA

Slide 7 - Slide

Structuur ATCG
DNA bestaat uit twee ketens van aan elkaar gekoppelde nucleotiden.

Slide 8 - Slide

mtDNA
DNA in chloroplasten

Slide 9 - Slide

Prokaryoot
DNA ligt in een cirkel in het cytoplasma.
Sommige prokaryoten hebben ook korte stukjes circulair DNA (plasmiden).
Alles samen=genoom.

Slide 10 - Slide

Genen
  • 1 chromosoom bevat meerdere genen.
  • Een gen bevat informatie voor 1 of meerdere eiwitten.
  • Gen voor oogkleur bevat dus informatie hoe de eiwitten gemaakt moeten worden die jouw ogen kleur geven.
  • DNA sequentie: de volgorde van de ATCG (stikstofbasen).
  • De DNA sequentie van een gen bepaald welk eiwit wordt gesynthetiseerd (gemaakt).

Slide 11 - Slide

Genen
  • Staan op een vaste plek in ons DNA.
  • Dus mijn gen voor oogkleur staat op hetzelfde chromosoom als bij jou.
  • Omdat je van elk chromosoom er 2 hebt, heb je dus voor al je eigenschappen 2 genen
  • Omdat deze van elkaar kunnen verschillen, noemen we de verschillende varianten allelen.

Slide 12 - Slide

Niet-coderend DNA
Slechts een klein deel van ons DNA codeert (bevat de code) voor een eiwit.

Groot gedeelte (98,5%) maakt geen eiwitten, wordt vaak ''junk-DNA'' of niet coderend DNA genoemd. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Aan de slag 
2.1     De bouw en functie van DNA
Opdracht 1 t/m 4
timer
7:00

Slide 15 - Slide

Bs 2: DNA replicatie

Slide 16 - Slide

Diploïd
Van elk chromosoom 2 (2n)

Haploïd is als je van een chromosoom 1 hebt (1n).

Replicatie ook wel:
2n -> 2n + 2n


Slide 17 - Slide

Celcyclus
In welk deel van de celcyclus vindt DNA replicatie plaats?

Slide 18 - Slide

Replicatie
De verbindingen tussen de basenparen wordt verbroken.
Kernplasma: vrije nucleotiden
Enzym: DNA Polymerase schuift langs de oude streng en bindt vrije nucleotiden aan de enkelvoudige streng vast.

Slide 19 - Slide

Replicatie
Zo krijg je 2 identieke DNA-moleculen.
In het midden blijft het nog aan elkaar zitten: centromeer.

Chromosoom bestaat uit 2 chromatiden.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Maken:
6-9 

Slide 22 - Slide