wonen en huishouden herhalen

Wat is HACCP?
A
Voedselveiligheidssysteem
B
ISO
C
Hygiëne
D
Analyse
1 / 36
next
Slide 1: Quiz
VerzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Wat is HACCP?
A
Voedselveiligheidssysteem
B
ISO
C
Hygiëne
D
Analyse

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de schijf van Vijf?
A
Richtlijnen voor gezonde voeding.
B
Richtlijnen voor gezonde voeding en lichaamsbeweging.
C
Richtlijnen voor lichaamsbeweging.
D
De keuzemogelijkheden voor gezonde tussendoortjes.

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Welke drie snijtechnieken bestaan echt?

A
en brunoise, en chinoise, en julienne
B
en brunoise, en japoise, en julliene,
C
en chinoise, en julliene, en snijliene
D
en julliene, en snijliene, en koksiose

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet de bereidingstechniek waarbij je vlees gaar maakt in een open pan met een beetje margarine?
A
Stoven
B
Braden
C
Bakken
D
Koken

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

de bereidingswijze voor een speklap is
A
bakken
B
stoven
C
braden
D
koken

Slide 5 - Quiz

A & C
Wat is een natriumarm dieet?
A
minder koolhydraten
B
Minder zout
C
minder eiwit
D
minder vet

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Als je glutenvrij eet mag je geen eiwit dat voorkomt in tarwe, haver, rogge en gerst
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Suikervrije energydrank is beter voor je?
A
Zeker zit geen suiker in, dus beter voor je hart en lichaam
B
Maakt geen verschil
C
Absoluut niet! Zit kankerverwekkende stoffen in.

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Welke gerecht kan ze het beste kiezen als je koolhydraat arm wil eten?
A
vegetarische pasta met tomatensaus
B
pizza met salami
C
bloemkoolrijst met zalm
D
boerenkoolstampot met jus

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een typische Nederlandse eetgewoonte?
A
Heel vroeg eten(voor 18:00)
B
Alles prakken
C
Net genoeg koken voor het gezin
D
Alle drie zijn juist

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Islamitische voedingsgewoonten: Wanneer mogen zij wel iets eten?
A
Halal
B
Haram

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Welke van de onderstaande producteb zak iemand met principieel ecologische opvattingen in Nederland niet eten in de winter?
A
Appels
B
Frambozen
C
Spruitjes
D
Zuurkool

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Wat is FIFO?
A
oudste voorraad eerst opmaken
B
nieuwe voorraad eerst opmaken
C
nieuwe voorraad bestellen
D
voorraad pas bestellen als alles op is

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Acryl is een natuurlijke textielsoort
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Staat dit op het etiket, dan ....
A
mag je het op 40 graden of warmer wassen
B
dan weet je dat je een antikreukprogramma moet kiezen
C
dan mag je het zeker niet boven 40 graden wassen
D
dan moet je het liggend drogen

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat voor een etiket is dit?
A
Een behandelingsetiket
B
een samenstellingsetiket

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet dit etiket?
A
Behandelingsetiket
B
Samenstellingsetiket

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Hoe kan je was sorteren?
A
op kleur
B
per kledingstuk, bijv. sok bij sok, broek bij broek.......
C
niet, alle kleuren kunnen bij elkaar
D
groot bij groot en klein bij klein

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Wat is sorteren?
A
Producten bij elkaar leggen die bij elkaar horen
B
Producten op tijd oogsten
C
Producten recyclen
D
Producten uitzoeken

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Met welk schoonmaakmiddel dweil je?
A
Chloor
B
Allesreiniger
C
Afwasmiddel
D
Wasmiddel

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de eerste stap met afwassen met de hand?
A
je voegt een beetje afwasmiddel toe
B
je vraagt of iemand je kan helpen
C
je verzamelt de afwas
D
je zet de warme kraan aan.

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Lepels, vorken en messen noemen we ook wel …..
A
Het aanrecht.
B
De koekenpan.
C
De tafel dekken.
D
Het bestek.

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Tafel dekken gaat in 13 stappen.
Welke stap hoort hier niet bij?
A
Was je handen voordat je begint
B
Peper en zout zet je niet naast elkaar op tafel
C
Glazen zet je rechtsboven het bord

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Wat betekent hygiënische werken?
A
Het voorkomen van besmetting door micro-organismen.
B
Het voorkomen van kruisbesmetting.
C
Verkleinen kans op besmetting.
D
Ik weet het echt niet.

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Wat is GEEN voorbeeld van hygiënisch werken?
A
Zorgen voor een schone werkplek
B
De temperatuur van de koeling controleren
C
Vlees snijden op een groen snijplank
D
Je handen wassen

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Bij het strijken van een blouse strijk je van
A
Binnen naar buiten.
B
Buiten naar binnen.

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Bij het stofzuigen:
A
werk ik met een rechte rug
B
werk ik met een gebogen rug
C
zak ik door mijn knieën

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

1. Hoe zorg je ervoor dat je geen strepen op je ruiten krijgt na het ramen wassen?
A
Je gebruikt een spons en daarna trekker
B
Je gebruikt zeem en daarna een trekker
C
Je gebruikt een trekker en daarna een krant
D
Je gebruikt een trekker en daarna een panty

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Stofwissen is alleen geschikt voor...?
A
Vloeren met gaten en spleten
B
Open vloeren
C
Vloerbedekking
D
Vlakke gesloten vloeren

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions


5 Wat is de juiste werkvolgorde bij het stofwissen.


A
Natte plekken verwijderen en dan eerst langs de plinten
B
Natte plekken verwijderen en dan de vrije ruimte
C
Plinten eerst en daarna natte plekken

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

waarom ontkalk je apparaten?
A
om de levensduur te verlengen
B
omdat kalk ongezond is
C
eens per maand lege machine van 75 graden of meer draaien

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Welk apparaat hoef je NIET te ontkalken?
A
De afzuigkap
B
De waterkoker
C
Het koffiezetapparaat
D
De wasmachine

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Welk middel kun je niet gebruiken om apparaten te ontkalken?
A
Citroensap
B
Soda
C
Antikal
D
Azijn

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Wat staat op volgorde?
Als het gaat over koelkast schoonmaken
A
Producten eruit, uitzetten, buitenkant
B
Uitzetten, producten eruit, buitenkant
C
Buitenkant, uitzetten, producten eruit
D
Binnenkant, producten eruit, buitenkant

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Welk schoonmaakmiddel gebruik je bij koelkast schoonmaken?
A
Afwasmiddel
B
Allesreiniger
C
Schoonmaakazijn
D
Wasmiddel

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Hoe vaak moet je de koelkast schoonmaken?
A
Iedere dag
B
1 keer per week
C
2 keer per week
D
1 keer per maand

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions