This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Vandaag:
- overzicht periode 3
- toets inzien
- H. 24 Formeel en informeel taalgebruik
Je leert het verschil tussen formeel en informeel taalgebruik en ze in de goede situatie te gebruiken.
Slide 2 - Slide
Periode 3
Fictie: H. 23
Schrijfvaardigheid: H. 24, 25 en 26
Taalverzorging: H. 27 en 28
Leesvaardigheid: H. 32, 33 en 34
Boekopdracht
Slide 3 - Slide
H. 24 Formeel en informeel taalgebruik
Je leert het verschil tussen formeel en informeel taalgebruik en ze in de goede situatie te gebruiken.
Slide 4 - Slide
Taalgebruik:
- afhankelijk van de persoon
(tegen een vriend praat je anders dan tegen een onbekende)
- afhankelijk van de situatie
(in de klas praat je anders dan op het voetbalveld)
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Formeel:
- zakelijk
- officieel
- er zijn regels
Informeel:
- persoonlijk
- losser, minder regels
Slide 7 - Slide
Regels formeel taalgebruik:
- schrijf woorden helemaal uit.
- schrijf beleefd, niet schelden, geen grof taalgebruik
- goede spelling en de juiste leestekens
- u-vorm
- begin met Beste....., (of zelfs Geachte......,)
- sluit af met Met vriendelijke groet,
Slide 8 - Slide
Ik vind het vet onterecht dat je me liet nablijven want ik was het dus echt niet die zat te appen in de les!!!
Slide 9 - Open question
Ik heb vorige week bij jullie een bluetoothspeaker gekocht maar dat ding doet het echt voor geen meter en het geluid is echt bagger dus nu wil ik mijn geld terug.