- weten wat negatieve getallen zijn (en daar voorbeelden van kunnen geven)- weten wat positieve getallen zijn (en daar voorbeelden van kunnen geven)
- weten wat neutrale getallen zijn (en daar voorbeelden van kunnen geven)
- herkennen welke getallen het grootste of kleinste zijn
- kunnen werken met het groter dan + kleiner dan tekentje
- weten wat tegengestelde getallen zijn
- inzichtelijk kunnen bezig zijn met positieve en negatieve getallen