Kennisquiz Hoofdstuk 1 begrijpend lezen paragraaf 1 tot en met 4
Je wilt het doel vaststellen van een tekst. Hoe lees je dan?
A
Globaal
B
Zoekend
C
Precies
D
Oriënterend
1 / 21
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
Je wilt het doel vaststellen van een tekst. Hoe lees je dan?
A
Globaal
B
Zoekend
C
Precies
D
Oriënterend
Slide 1 - Quiz
Hoe noem je de titel van een tekstgedeelte?
A
Alinea
B
Tussenkopje
C
Deelonderwerp
D
Onderwerp
Slide 2 - Quiz
Wat doe je bij oriënterend lezen NIET?
A
Kijken naar plaatjes
B
Kijken naar tussenkopjes
C
De eerste en laatste zin van de alinea's lezen
D
Het begin van de tekst lezen
Slide 3 - Quiz
Wat doe je bij zoekend lezen NIET?
A
Letten op tussenkopjes
B
Letten op plaatjes
C
Letten op anders gedrukte woorden
D
Letten op opvallende tekens
Slide 4 - Quiz
Welke leesstrategie pas je toe wanneer je een tekst helemaal goed wilt begrijpen? Gebruik 1 woord.
Slide 5 - Open question
Wat is een synoniem?
A
Zelfde woord met andere betekenis
B
Ander woord met andere betekenis
C
Ander woord met dezelfde betekenis
D
Ander woord voor definitie
Slide 6 - Quiz
Wat is GEEN woordraadstrategie?
A
Voorbeeld
B
Raden
C
Omschrijving
D
Synoniem
Slide 7 - Quiz
Je vindt de hoofdgedachte van een tekst door deze precies te lezen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
Kan de hoofdgedachte van een tekst een vraag zijn?
A
Ja
B
Soms
C
Nee
Slide 9 - Quiz
Wat is GEEN tekstdoel?
A
Amuseren
B
Enthousiasmeren
C
Overtuigen
D
Activeren
Slide 10 - Quiz
Noem twee voorbeelden van een amuserende tekst.
Slide 11 - Mind map
Hoe noem je een aantal zinnen die bij elkaar horen, omdat ze over hetzelfde gaan? Gebruik 1 woord.
Slide 12 - Open question
Hoe noem je de zin in een alinea waar de belangrijkste informatie in staat? Gebruik 1 woord.
Slide 13 - Open question
Hoe zie je waar de ene alinea begint en die daarvoor stopt? Gebruik 1 woord.
Slide 14 - Open question
Een advertentie is een informerende tekst.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 15 - Quiz
Een bijsluiter bij een medicijn is een informerende tekst.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quiz
Een studieboek is een informerende tekst.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quiz
Het onderwerp is vaak het antwoord op de hoofdvraag.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 18 - Quiz
Wat is een definitie?
A
Tegenovergestelde van een synoniem
B
Een ander woord voor voorbeeld
C
Een vaste en nauwkeurige omschrijving
D
Wiskundige uitleg
Slide 19 - Quiz
Wat is het verzamelwoord voor plaatjes, foto's en schema's? Gebruik 1 woord.
Slide 20 - Open question
Lees- en woordraadstrategieën zijn hetzelfde.
A
Juist
B
Onjuist
