In de
achttiende eeuw ging het minder goed met de economie en de overheid had geld nodig voor defensie. De ‘normale’ belastingen brachten niet meer genoeg op, waardoor de Staten van Holland in 1742 besloten tot het heffen van een extra belasting voor de rijkere inwoners, de
Personele Quotisatie.
In Rotterdam werden alle 6669 bewoonde adressen bezocht door speciale taxateurs.
Degenen die de belasting moesten betalen waren allemaal hoofd van het huishouden. In totaal waren de bewoners van 4313 adressen niet taxabel (ze waren niet rijk genoeg).