H1 - Herhaling

Startactiviteit
  • Maken samenvatting blz.  36
  • Klaar? Herhalingsopdrachten blz. 38-39
  • Klaar? Plusopdrachten blz. 40 - 41
1 / 24
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Startactiviteit
  • Maken samenvatting blz.  36
  • Klaar? Herhalingsopdrachten blz. 38-39
  • Klaar? Plusopdrachten blz. 40 - 41

Slide 1 - Slide

Agenda
  • Startactiviteit + bespreken
  • Herhalen paragraaf 1.1
  •  Aan de slag 
  • Afsluiting

Slide 2 - Slide

Hoofdstuk 1 - Paragraaf 1
In deze paragraaf heb je geleerd:
  • Waar economie over gaat
  • Voorbeelden geven van wat jijzelf met economie te maken heb
  • Uitleggen hoe een bedrijven en de overheid met economie te maken hebben
  • Een geldbedrag op de juiste manier noteren

Slide 3 - Slide

Waar gaat het vak economie over?

Slide 4 - Open question

Wat zijn behoefte? Geef hierbij ook twee voorbeelden!

Slide 5 - Open question

Wat is consumeren?
A
Goederen of diensten kopen voor eigen behoefte
B
Goederen of diensten maken voor eigen behoefte
C
Winkels, webshops en bedrijven die iets maken of doen
D
Personen die iets maken of doen

Slide 6 - Quiz

Bekijk de afbeelding
A
Bt
C
D

Slide 7 - Slide

Welke begrippen horen op de plaats van de letters?
A
A = producent B = economie C = produceren D= consument
B
A = consument B = behoefte C = Produceren D = producent
C
A = consument B = economie C = produceren D = producent

Slide 8 - Quiz

Schrijf de bedragen op juiste manier op!

Slide 9 - Open question

Aan de slag 
  • Herhalingsopdrachten blz. 38-39
  • Plusopdrachten blz. 40 - 41

Slide 10 - Slide

Startactiviteit
  • Maken samenvatting blz.  36
  • Klaar? Herhalingsopdrachten blz. 38-39
  • Klaar? Plusopdrachten blz. 40 - 41
  • Klaar? Rekenopgave blz...

Slide 11 - Slide

Agenda
  • Startactiviteit + bespreken
  • Herhalen paragraaf 1.2 & 1.3
  •  Aan de slag 
  • Afsluiting

Slide 12 - Slide

Hoofdstuk 1 - Paragraaf 2 
In deze paragraaf heb je geleerd:
  • Beschrijven hoe geld is ontstaan;
  • Voorbeelden geven van directe en indirecte ruil;
  • Beschrijven hoe je met contant geld en met geld op je bankrekening betaalt;
  • Een nieuw saldo op je bankrekening uitrekenen.
  • Het verschil tussen chartaal en giraal geld uitleggen.

Slide 13 - Slide

Leg uit wat het verschil is tussen directe en indirecte ruil?

Slide 14 - Open question

Geld wordt gebruikt bij indirecte ruil, geld is dan een ...
A
Giraal geld
B
Chartaal geld
C
Ruilmiddel
D
Elektronisch betalen

Slide 15 - Quiz

Bekijk de afbeelding is dit giraal of chartaal geld? Leg uit!

Slide 16 - Open question

Elektronisch betalen

Slide 17 - Mind map

Bekijk de afbeelding
A
B

Slide 18 - Slide

Bereken A & B
Tekst

Slide 19 - Open question

Bekijk de afbeelding welk begrip past hierbij?
A
Consumeren
B
Produceren
C
Diensten
D
Zelfvoorziening

Slide 20 - Quiz

Hoofdstuk 1 - Paragraaf 3
In deze paragraaf heb je geleerd:
  • Behoeften verdelen in basisbehoefte en overige behoeften;
  • Uitleggen dat mensen verschillende behoeften hebben;
  • Uitleggen op welke manier je in je behoeften kunt voorzien;
  • Met een verhoudingstabel procenten uitrekenen;
  • Met een percentage een getal uit rekenen.

Slide 21 - Slide

Beantwoord vraag A en B

Slide 22 - Open question

Beantwoord de rekenvraag

Slide 23 - Open question

Aan de slag 
  • Uitgedeelde opgave
  • Herhalingsopdrachten blz. 38-39
  • Plusopdrachten blz. 40 - 41

Slide 24 - Slide