Lezen - H4

Opdr 2 - H4: lezen
Je kunt de vragen van opdracht 2 juist beantwoorden. 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Opdr 2 - H4: lezen
Je kunt de vragen van opdracht 2 juist beantwoorden. 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hoe bepaal je het onderwerp van een tekst?
timer
1:00

Slide 2 - Open question

Als je het onderwerp van een tekst moet bepalen, doe je het volgende:
- lees de titel;
- bekijk de afbeeldingen;
- lees de inleiding;
- lees de tussenkopjes;
- lees het slot;
- bekijk anders gedrukte woorden. 
Je las tekst 2 (blz 104/105)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat is het onderwerp van tekst 2?
timer
1:00

Slide 4 - Open question

Het onderwerp is: het Waddengebied of De Wadden

Het Waddengebied is mooiste natuurgebied, kan ook. 
idee
kandidaten
gebeurtenissen
beroemde voorbeelden
initiatief
taferelen
iconen
genomineerden

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

'Ik vind dat heel begrijpelijk.' Welke twee argumenten geeft Joeri voor deze mening?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

'Ik vind dat heel begrijpelijk.' Welke twee argumenten geeft Joeri voor deze mening?

Slide 7 - Open question

(1) Het Waddengebied is ontzettend mooi. (2) Iedereen kent het Waddengebied wel als het grootste natuurgebied van Nederland. 
Staan er in alinea 3 vooral feiten of meningen? Licht je antwoord toe.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Staan er in alinea 3 vooral feiten of meningen? Licht je antwoord toe.

Slide 9 - Open question

In alinea 3 staan vooral feiten, zoals ‘Het publiek kon stemmen op dertien plekken.’, ‘De Veluwe (Gelderland) en Nationaal Park Hollandse Duinen (Zuid-Holland) werden tweede en derde en een vakjury voegde daar nog een vierde winnaar aan toe: NLDelta Biesbosch-Haringvliet (Noord-Brabant, Zuid-Holland).’ ‘Het is 753.000 keer bekeken en heel vaak geliket.’ 
Welk doel-middelverband herken je in alinea 3? Noteer ook het signaalwoord waaraan je het herkent.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Doel-middelverband? Wat is dat ook alweer?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Dus, welk doel-middelverband herken je in alinea 3? Noteer ook het signaalwoord waaraan je het herkent.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Welk doel-middelverband herken je in alinea 3? Noteer ook het signaalwoord waaraan je het herkent.

Slide 13 - Open question

middel = driehonderdduizend euro
doel = het gebied nog beter beschermen en mooier te maken
signaalwoord = om te

Er staat nog een doel-middelverband in alinea 3, maar nu zonder signaalwoord. Wat is het middel en wat is het doel?

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Er staat nog een doel-middelverband in alinea 3, maar nu zonder signaalwoord. Wat is het middel en wat is het doel?

Slide 15 - Open question

middel = filmpje van een scheermesje
doel = laten zien hoe bijzonder het Waddengebied is

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Noteer op basis van informatie uit alinea 4 wat bij a en b moet worden ingevuld. Het pijltje betekent 'want'.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Noteer op basis van informatie uit alinea 4 wat bij a en b moet worden ingevuld. Het pijltje betekent 'want'.

Slide 18 - Open question

a: Ik vind wadlopen altijd weer een geweldige ervaring
b: Je ziet dan iets wat je anders nooit ziet.
of
Je ziet dan iets wat je anders nooit ziet: wat er ónder dat water leeft, schelpen met beestjes erin bijvoorbeeld..

In alinea 5 wordt een mening onderbouwd met feiten. Wat is zijn de meningen, wat zijn de feiten?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Noteer de meningen.

Slide 20 - Open question

‘Ik vind het oostelijk deel bij Rottum het allermooist (M). 
of: Maar de Wadden zijn meer dan het wad (M/F), volgens de boswachter. 

Noteer de feiten.

Slide 21 - Open question

(‘Ik vind het oostelijk deel bij Rottum het allermooist (M).) Daar is het nóg stiller dan op andere plekken (F) en er liggen verschillende zandbanken (F).’
of: (Maar de Wadden zijn meer dan het wad (M/F), volgens de boswachter. )‘Je hebt immers ook de eilanden zelf (F) en de kwelders (F).’

Ik kan de vragen van opdr 2 correct beantwoorden.
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

This item has no instructions