cellen
1 / 26
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Hoe kun je bij een onbekend organisme vaststellen of het om een plant of een dier gaat?
Slide 2 - Open question
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Wat hebben plantaardige cellen wel dat dierlijke cellen niet hebben?
A
celkern en celwand
B
celwand en cytoplasma
C
bladgroenkorrels en celwand
D
Bladgroenkorrels en cytoplasma
Slide 5 - Quiz
Wat hebben plantaardige cellen dat dierlijke cellen niet hebben?
A
celkern
B
celwand
C
bladgroenkorrels
D
cytoplasma
Slide 6 - Quiz
Welke celorganellen komen voor in welk soort cellen?
Dierlijk en plantaardig
Alleen plantaardig
Celkern
Chloroplast
Celwand
Celmembraan
Slide 7 - Drag question
bloem
bloem
stengel
stengel
blad
blad
wortel
Slide 8 - Drag question
Welke onderdelen van de plantencel worden hier aangegeven?
Celwand
Celkern
Bladgroenkorrel
Celplasma
Vacuole
Slide 9 - Drag question
Plantencel
Dierlijke cel
Schimmelcel
Bacteriecel
Slide 10 - Drag question
plantencel
dierlijke cel
schimmelcel
bacterie
Slide 11 - Drag question
Fotosynthese is..
A
Water + koolstofdioxide + licht > glucose + zuurstof
B
H20 + CO2 + licht > C6H1206 + 6 O2
C
Glucose + zuurstof > koolstofdioxide + water + warmte
Slide 12 - Quiz
Wat is fotosynthese?
A
het maken van voedsel
B
het omzetten van water en koolstofdioxide
C
het omzetten van glucose en zuurstof
D
het omzetten van water + CO2 in glucose en O2
Slide 13 - Quiz
Water
+
+
-->
Fotosynthese:
+
.........
........
.........
..........
........
Slide 14 - Drag question
In houtvaten stroomt water met:
A
Glucose en voedingsstoffen
B
Mineralen
Slide 15 - Quiz
Wat is de stroomrichting in bastvaten?
A
Vanuit bladeren naar andere delen van de plant
B
Vanuit de wortels omhoog
Slide 16 - Quiz
nr. 2
A
cytoplasma
B
vacuole
C
bladgroenkorrel
D
Kern
Slide 17 - Quiz
HAREN
SLIJM
SCHUBBEN MET SLIJM
STEVIGE SCHUBBEN
VEREN
Slide 18 - Drag question
Wat is waar?
A
Cel 1: plantaardige cel
Cel 2: dierlijke cel
B
Cel 1: Bacterie
Cel 2: dierlijke cel
C
Cel 1: dierlijke cel
Cel 2: plantaardige cel
D
Cel 1: Schimmelcel
Cel 2: plantaardige cel
Slide 19 - Quiz
Welke soort cel is dit?
A
plantaardige cel
B
dierlijke cel
C
schimmel cel
D
bacterie cel
Slide 20 - Quiz
Spieren zijn een voorbeeld van ....
A
Orgaan
B
Orgaanstelsel
C
Celorganel
D
Weefsel
Slide 21 - Quiz
Een aantal huidcellen bij elkaar is een voorbeeld van ...
A
Celorganel
B
Orgaan
C
Orgaanstelsel
D
Weefsel
Slide 22 - Quiz
Rijk van de dieren
Rijk van de planten
Rijk van de bacteriën
Rijk van de schimmels
Slide 23 - Drag question
Alle organismen worden in de biologie ingedeeld in 4 rijken. Tot welk rijk behoren de volgende organismen? Sleep ze naar het juiste vak
Dieren
Planten
Schimmels
Bacteriën
Vliegenzwam
Melkzuurbacterie
Beuk
Wandelende tak
lieveheersbeestje
Tulp
Slide 24 - Drag question
Als een schaap en een geit paren, kunnen ze nageslacht voortbrengen. Dat kan op twee manieren: als een vrouwtjesschaap (ooi) en een geitenbok paren heet het een gaap, als een vrouwtjesgeit (sik) en een mannetjesschaap (ram) paren een scheit.
Leg uit waarom schapen en geiten toch niet tot dezelfde soort behoren
Leg uit waarom schapen en geiten toch niet tot dezelfde soort behoren
Slide 25 - Open question
Een bacterie deelt zich elke 20 minuten. Hoeveel bacteriën zijn er na 3 uur?
A
9
B
18
C
128
D
512
