onderdelen toets 3-4 gram-spel-over taal

enkelvoudig of samengestelde zin
Als ik volgend jaar een scooter heb, ben ik veel sneller op school.
1 / 17
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 17 slides, with text slides.

Items in this lesson

enkelvoudig of samengestelde zin
Als ik volgend jaar een scooter heb, ben ik veel sneller op school.

Slide 1 - Slide

Ze zaten op een onbewoond eilandje.
woorden benoemen

Slide 2 - Slide

Ze=pers.vnw                                   zaten =ww
op=vz                 een=lw
 onbewoond=bvnw        eilandje=znw

Slide 3 - Slide

enkelvoudig of samengesteld
Ik houd zo van chocolade, drop en appelmoes.

Slide 4 - Slide

Als ik volgend jaar een scooter heb, ben ik veel sneller op school.
samengesteld:      2 PV's: heb en ben
dus een samengestelde zin


Slide 5 - Slide

hoofd- of bijzin
Als ik volgend jaar een scooter heb, ben ik veel sneller op school.

Slide 6 - Slide

Als ik volgend jaar een scooter heb,
ben ik veel sneller op school.
Als ik volgend jaar een scooter heb,
ben ik veel sneller op school.
in de hoofdzin staat de PV naast het onderwerp

Slide 7 - Slide

Maak van deze zin twee zinnen.
Jamie spreekt goed Engels, omdat hij uit Australië komt.

Slide 8 - Slide

Jamie spreekt goed Engels, omdat hij uit Australië komt.
Jamie spreekt goed Engels.
 Hij komt uit Australië.
PV moet verplaatst worden 

Slide 9 - Slide

onderschikkend- of nevenschikkend voegwoord
Die atleet is een jaar geschort, omdat hij doping gebruikte.

Slide 10 - Slide

nevenschikkende voegwoorden
Om de nevenschikkende voegwoorden te onthouden, kun je denken aan WANDMODE
W ant, A lsmede, N och, D och, M aar, O f, D us, E n

Slide 11 - Slide

Die atleet is een jaar geschort, omdat hij doping gebruikte.
omdat= een onderschikkend voegwoord
1e deel is hoofdzin; pv en ond staan naast elkaar

Slide 12 - Slide

verschil pleonasme-tautologie
Bij een pleonasme wordt een eigenschap genoemd, die al in het zelfstandige naamwoord zit.
 een houten boomstam, het groene gras en een ronde cirkel.

Een tautologie noemt een begrip tweemaal of meerdere malen.
pais en vree, enkel en alleen, nooit ofte nimmer, onmiddellijk en meteen en niettemin toch.

Slide 13 - Slide

voorbeeld
Er is een laag verse witte sneeuw gevallen= pleonasme
Ik heb die fiets gratis en voor niets gekregen= tautologie

Slide 14 - Slide

foutief pleonasme-foutieve tautologie
als je een stijlfiguur verkeerd gebruikt

Slide 15 - Slide

Foutieve tautologie
Wanneer in een zin twee woorden of woordgroepen gebruikt zijn die hetzelfde betekenen (en dus synoniem zijn).
Voorbeeld:
Bovendien moet ik voor morgen ook mijn huiswerk nog afmaken.

Slide 16 - Slide

foutief pleonasme
Wanneer in een zin een woord gebruikt wordt waarvan de betekenis al aanwezig is in een ander woord in de zin.
Voorbeeld:
Wat zou het toch fijn zijn als er met kerst een mooi pak witte sneeuw zou liggen.

Slide 17 - Slide