hormoonklieren > interne secretie > hormoon > doelwitcellen > receptor om chemische boodschap op te vangen > remmende of stimulerende werking
Slide 6 - Slide
Hormoonproductie
Op meerdere manieren worden hormonen aangemaakt:
Hormoonklieren als orgaan (endocrien): maken alleen hormonen aan en geven direct af aan het bloed (bijv. hypofyse, schildklier)
Hormoonklieren in ander orgaan (bijv. eilandjes van Langerhans - insuline)
Hormoonproducerende cellen (weefsel): hormonen worden aangemaakt op de plek waar het ook nodig is (bijv. gastrine in de maag, secretine in het duodenum, histamine in de huid)
Slide 7 - Slide
Hormoonklieren
De hormoonklieren in het lichaam zijn:
- Hypothalamus + hypofyse
- Pijnappelklier
- Schildklier
- Bijschildklieren
- Eilandjes van Langerhans (Pancreas)
- Juxtaglomerulairecellen (nieren)
- Bijnieren
- Geslachtsklieren (eierstokken en zaadballen)
Slide 8 - Slide
Hypofyse
Hypofysevoorkwab = endocrien weefsel
Hypofyseachterkwab = zenuwweefsel
Slide 9 - Slide
Hypofysevoorkwab = adenohypofyse
Effecthormonen (zelf direct effect)
Groeihormoon (GH)
Prolactine (PRL)
Glandotrope hormonen (aanzet tot aanmaak):
Schildklierstimulerend hormoon (TSH)
Adrenocorticotroop hormoon (ACTH)
Luteïniserend hormoon (LH)
Follikelstimulerend hormoon (FSH)
Slide 10 - Slide
Hypofyseachterkwab = neurohypofyse
Opslag en doorgifte hormonen, aangemaakt door hypothalamus:
Hoe noem je het ziektebeeld wanneer je in een stressituatie niet genoeg stresshormoon (cortisol) kunt aanmaken?
Slide 14 - Open question
Slide 15 - Video
Quiz Hormonen
Slide 16 - Slide
In welk orgaan worden 'releasing hormones' gemaakt?
A
Hypothalamus
B
Hypofyse
C
Doelorgaan
D
Hypothalamus en hypofyse
Slide 17 - Quiz
Wat is de functie van oxytocine?
A
zorgt voor ontwikkeling van het baarmoederslijmvlies
B
zorgt ervoor dat het sperma sneller bij de eicel komt
C
wekt de weeën op
D
zorgt voor een orgasme bij de vrouw
Slide 18 - Quiz
Wat is het doelwitorgaan van oestrogeen?
A
hypofyse
B
eierstok
C
baarmoeder
D
Hypofyse en baarmoeder
Slide 19 - Quiz
Wat is geen hormoonklier?
A
Teelbal
B
Hypofyse
C
Darm
D
Alvleesklier
Slide 20 - Quiz
Oxytocine zorgt voor samentrekken baarmoeder. Hierdoor wordt hoofd foetus tegen baarmoedermond gedrukt. Druk zorgt voor meer oxytocine. Terugkoppeling?
A
Negatieve terugkoppeling
B
Positieve terugkoppeling
C
Geen terugkoppeling
Slide 21 - Quiz
Als je veel water gedronken hebt, krijg je dan veel of weinig ADH in je bloed? Waarom?
A
Veel ADH want dat stimuleert de uitscheiding van water
B
Veel ADH want dat remt de uitscheiding van water
C
Weinig ADH want dat stimuleert de uitscheiding van water
D
Weinig ADH want dat remt de uitscheiding van water
Slide 22 - Quiz
Welke twee hormonen worden geproduceerd door de alveesklier?
A
Insuline en glycogeen
B
Insuline en glucagon
C
Insuline en adrenaline
D
Insuline en glucose
Slide 23 - Quiz
Het schildklierhormoon kan niet gemaakt worden zonder het element jodium (I). Stel dat een patiënt jodiumtekort heeft. Zal er meer of minder TSH gevormd worden?
A
meer TSH
B
minder TSH
Slide 24 - Quiz
Welke hormonen zorgen ervoor dat cortisol wordt geproduceerd?
A
Adrenaline
B
Noradrenaline
C
CRH
D
ACTH
Slide 25 - Quiz
Welk orgaan maakt ADH?
A
hypothalamus
B
hypofyse
C
nier
D
bijnier
Slide 26 - Quiz
Indien onder bepaalde omstandigheden de osmotische waarde van het bloedplasma bij een mens daalt: