delend lidwoord

Het delend lidwoord

Bestaat niet in het Nederlands.

Als er in het Nederlands geen lidwoord voor het zelfstandig naamwoord komt dan krijg je in het Frans het delend lidwoord

1 / 16
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Het delend lidwoord

Bestaat niet in het Nederlands.

Als er in het Nederlands geen lidwoord voor het zelfstandig naamwoord komt dan krijg je in het Frans het delend lidwoord

Slide 1 - Slide

Voorbeelden:
Ik koop chocola= J'achète du chocolat.
Ik drink water = Je bois de l'eau
Ik bestel vlees= Je commande de la viande.
Ik bestel friet = Je commande des frites.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Het delend lidwoord verandert in de
du - de la - de l' - des : als je in het Nederlands geen lidwoord gebruikt (bijv. : koffie, appels, jongens, meisjes, kaas -> ... ?)
Maar: delend lidwoord wordt de/d' :

1. na ontkenning (il n' a pas de copains, hélas)
2. na hoeveelheidswoord (elle a mangé beaucoup de tartines au petit déjeuner)



Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Slide

welke vier delende lidwoorden zijn er in een gewone zin?
A
du, de la, des, de l'
B
de les, de la, de le, des
C
des, da, du , de l'
D
geen

Slide 10 - Quiz

na een ontkenning of een hoeveelheid krijg je ...... of ............

Slide 11 - Mind map

wanneer krijg je weer een gewoon lidwoord?
A
na een hoeveelheid
B
na een werkwoord met een gevoel
C
na een komma
D
in de zomer

Slide 12 - Quiz

je mange .......... frites

Slide 13 - Mind map

je mange 3 kilos ...........frites

Slide 14 - Mind map

je ne mange pas ............. frites

Slide 15 - Mind map

j'adore .......... frites!

Slide 16 - Mind map